b'smeenfe Breda
aan de raad der gemeente Breda. Bijlage nr. 198.
BK/80055
12 mei 1972
Mededeling van burgemeester en wethouders
inzake het verzoek van de contactcommissie
middenstandgrootwinkelbedrijven tot instel
ling van een wekelijkse koopavond op vrij
dag voor een proefperiode van 6 maanden.
Naar aanleiding van een verzoek van de contactcommissie middenstand-
groot-winkelbedrijven tot instelling van een wekelijkse koopavond op
vrijdag ten aanzien van alle winkels in de gemeente (met uitzondering
van die in het voormalig kerkdorp Princenhage) gedurende een proefpe
riode van 15 maart tot en met 15 september 1972 stelden wij Uw raad
conform het te dezer zake door de Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Westelijk Noord-Brabant te Breda uitgebracht advies voor dit
verzoek in te willigen en over te gaan tot vaststelling van een des
betreffende verordening.
De behandeling van deze aangelegenheid in de raadsvergadering van 20
januari 1972 leidde tot een door Uw raad aangenomen motie Crul cs om
ons voorstel aan te houden en dit opnieuw in een raadsvergadering aan
de orde te stellen, nadat:
1een nieuw advies van de ledenvergadering van de Kamer van Koophan
del en Fabrieken is ontvangen en:
2. de werkgevers en werknemers zijn geadviseerd over de koopavond
overleg te plegen, waardoor de mogelijkheid wordt geopend, dat de
raad niet als scheidsrechter behoeft op te treden ten aanzien van
ver uiteenlopende standpunten.
Wij hebben die beslissing van Uw raad ter kennis van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken en van de contactcommissie middenstand-groot
winkelbedrijven gebracht.
Met het oog op het sub 1 gestelde verzochten wij de Kamer door haar
ledenvergadering te dezer zake een nieuw advies te laten uitbrengen,
waarbij wij er op wezen, dat het realiseren van een wekelijkse koop
avond voor de gevraagde periode van 15 maart tot en met 15 september
a.s. om praktische redenen geen haalbare zaak meer was.
De Kamer liet ons ireten bereid te zijn deze aangelegenheid in haar
ledenvergadering aan de orde te stellen en verzocht ons tevens te
willen mededelen naar welke proefperiode de gedachten thans uitgaan.
