bij bijlage nr. 216
-5-
De taak en de bevoegdheden van het algemeen bestuur
Artikel 15
1Tot de taak en de bevoegdheden van het algemeen bestuur behoren;
a. het vaststellen en wijzigèn^van de begb'ojjin^ng"
b. het voorlopig vaststellen van de rekening;
c. het bepalen van de vergoedingen voor de uitvoering van werkzaamheden
ten behoeve van deelnemers en derden;
d. het aangaan van rekening-courant-overeenkomsten;
e. het doen van voorstellen aan de deelnemers tot wijziging c.q. ophef
fing van deze regeling;
f. het regelen van de controle op het geldelijk beheer en de boekhouding
overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 265 bis e.v. van de gemeente
wet
g. het instellen van commissies, alsmede de regeling van de bevoegdheden
en de samenstelling van die commissies;
h. het beslissen omtrent toelating van deelnemers.
2. Alle overige bevoegdheden in het kader van deze regeling worden uitgeoefend
door het dagelijks bestuur, tenzij in deze regeling anders is bepaald,
danwel het algemeen bestuur besluit bepaalde bevoegdheden zelf uit te oefenen.
3. Het algemeen bestuur kan bij zijn besluiten het dagelijks bestuur bevoegd
verklaren tot nadere uitwerking van zijn besluiten.
Hoofdstuk V
Het dagelijks bestuur
Be samenstelling van het dagelijks bestuur
Artikel 16
1Het dagelijks bestuur bestaat uit ten minste zeven en ten hoogste elf leden,
onder Trie de voorzitter en de secretaris.
2. De leden van het algemeen bestuur, aangewezen door de gemeenteraden van
Tilburg en Breda, alsmede door het algemeen bestuur van het Haterschap
West-Brabant zipn lid van het dagelijks bestuur.
3. De overige leden worden door en uit het algemeen bestuur benoemd.
4. In afwijking van het bepaalde in artikel 7, lid 1, geschiedt voor het bij
wonen van de vergaderingen van het dagelijks bestuur, de vervanging van le
den van het dagelijks bestuur zo nodig op de wijze door het algemeen be
stuur te bepalen.
Artikel 17
1De leden van het dagelijks bestuur treden als lid van dat bestuur af op
de dag waarop de zittingsperiode van het algemeen bestuur afloopt.
2. De leden van het dagelijks bestuur kunnen te allen tijde ontslag nemen
door schriftelijke kennisgeving aan de voorzitter.
3. Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur vacant komt, benoemt
het algemeen bestuur zo spoedig mogelijk een nieuw lid. Gaat het openval
len van een plaats in het dagelijks bestuur gepaard met het openvallen van
een plaats in het algemeen bestuur, dan stelt het algemeen bestuur de
benoeming van een nieuw lid van het dagelijks bestuur uit totdat de open
gevallen plaats in het algemeen bestuur is vervuld.