Bijlage nr. 232 -2- Op initiatief van ons college heeft een studiegroep de wenselijkheid, de mogelijkheid en de vorm van vormingswerk in onderzoek genomen. Deze studie werd geplaatst in het kader van een aantal gegevens van oudere ön jongere datum ter zake, waarvan wij U noemen: 1de rijkssubsidieregeling vormings- en ontwikkelingswerk voor volwassenen 2. de werkzaamheden van de commissie Roelfsema, welke op 25-11-1970 door minister Klomp# werd geïnstalleerd om de rijkssubsidieregeling te herzien en te adviseren over het te voeren beleid; deze commissie heeft op 28-2-1972 een "ontwerp van een regeling tot voorbereiding van de vormgeving aan het vormings- en ontwikkelingswerk" aan staatssecretaris Vonhoff aangeboden. 3. de nota, uitgebracht aan het Nederlands Centrum voor Volksontwikkeling: "Punctie en toekomst van het Vormings- en Ontwikkelingswerk met Volwassenen in de Nederlandse samenleving" 1970) 4. het rapport van het provinciaal opbouworgaan "Vormings- en Ontwikkelings werk in Noord-Brabant" 1971 5. de provinciale subsidieregeling; 6. de besprekingen over het vormingswerk in lie Kamer en de provinciale staten in het kader van de begrotingen 1972; 7. de feitelijke mogelijkheden van Bouvigne en andere instituten, welke waren/zijn ingesteld op vormingswerk. De gedachten van de studiegroep zijn uitgegaan in de richting van een Centrum van en voor Vormingswerk in Nest-Brabant. De studiegroep was van oordeel, dat het om redenen van duidelijkheid en presentatie daarom juister was indien Breda niet als enige gemeente deel bleef uitmaken van de studiegroep. Met deze motivering hebben wp ons kunnen verenigen. De studiegroep heeft haar werkzaamheden begin mei afgesloten met een nota "Centrum van en voer Vormings- en Ontwikkelingswerk in West-Brabant", welke binnen korte tijd zal worden gepubliceerd en ondermeer aan de ge meentebesturen zal worden aangeboden. Daarin zal ook de neerslag zijn te vinden van een treetal gezamenlijke besprekingen, welke op ons initiatief hebben plaatsgehad tussen het ministerie, het provinciaal- en gemeente bestuur, het provinciaal opbouworgaan en de studiegroep alsmede van de vele contacten welke met genoemden ook verder en buitendien ook nog met vele anderen - zowel op hun eigen initiatief als ten gevolge van de ruime publiciteit, welke aan de start van de studiegroep werd gegeven - hebben plaatsgevonden Uit bovenstaande informatie moge U blijken, dat ons college uitvoering heeft gegeven aan de in de aanvang genoemde motie,, Wij stellen U voor deze informatie voor kennisgeving aan te nemen. Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester Van den Dam secretaris

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 634