gemeente Breda
t
aan de raad der gemeenfe Breda.
7 juli 1972
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot benoeming van een lid van het ooilege
van regenten van het oude mannenhuis te
Breda.
Zoals U bekend is worden de leden van het ooilege van regenten van het oude
mannenhuis te Breda door Uw raad benoemd, op een aanbeveling van twee perso
nen, opgemaakt door burgemeester en wethouders, na overleg met het college
van regenten.
Jaarlijks treedt een van de leden af volgens een vastgesteld rooster. De af
tredende kan opnieuw worden benoemd. Per 1 juni 1972 was de heer Mr.Dr. J.M.
Houden aan de beurt van aftreden. De heer Mr. Dr. J.M. Houden is in 1969 be
noemd tot lid van het college van regenten in een tussentijds ontstane vaca
tur e.
Na overleg met het college van regenten bevelen wij U ter voorziening in de
door het periodieke aftreden van de heer Mr. Dr. J.M. Houben ontstane vaca
ture voor benoeming aan:
1. Mr.Dr. J.M. Houben, aftredend lid, advocaat en procureur te Breda
2. Drs. P.C.K. Vennix, directeur van de Katholieke Sociale Academie "Marken-
daal te Breda.
Eet te benoemen lid zal in het ooilege van regenten zitting hebben voor een
periode van vijf jaar, te weten tot 1 juni 1977.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
van den Dam secretaris.
W/84076