- 54 - 1 Is het jui3t dat de directeur zelf om ontslag heeft ver zocht (zie De Stem van 50.5.1975)?; 2. Indien het ontslag door de directeur zelf is verzocht, acht het College het dan juist dat bij ontslag op eigén verzoek een bedrag van 370.000,wordt uitgekeerd? 3. Indien het ontslag niet op eigen verzoek is verleend, is het College van mening dat de gang van zaken bij het Industrie- en Havenschap "Moerdijk" reeds maandenlang on bevredigend is geweest? 4. Is het juist dat aan het ontslag van de directeur maanden lange besprekingen zijn voorafgegaan en in bevestigend geval kan het College mededelen of de uiteindelijke beslissing terzake het verleende ontslag is genomen door het dagelijks danwel door het voltallig bestuur? 5. Deelt het College de mening dat het voor de participanten in het Industrie- en Havenschap "Moerdijk" een uitermate onbevredigende gang van zaken is dat aan een directeur reeds na twee jaar al of niet op verzoek zijn congé moet worden ge geven met daarenboven dergelijke vergaande financiële conse quenties? 6. Indien het hier geldt een besluit uitsluitend genomen door het dagelijks bestuur overweegt het College als representant van de in het schap participerende gemeente Breda stappen te ondernemen? 7- Heeft het College het voornemen stappen te ondernemen zodat de keuze van een nieuwe directeur met méér waarborgen naar de toekomst wordt omringd? Tot slot' acht ik het juist op te merken, dat een verbeterde communi catie naar de participanten o.m. naar de Raad van de Gemeente Breda ook door mij wordt voorgestaan. - Het is mij bekend, dat zowel op het gebied van de communicatie door het bestuur verbetering wordt nagestreefd en dat een aantal leden t o.m. vanj, het dagelijks bestuur bijzondere inspanningen heeft ge leverd om de gewenste verbeteringen zowel in de bedrijfsvoering als in de communicatie naar de participanten voor de toekomst te waar borgen. ADT r.' 0 ORD Op de door IJ in bovengenoemd schrijven gestelde vragen willen wij het volgende antwoorden; 1/2- Kei/, onslag van de directe^'lr moet gezien worden in het kader

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1044