4 GEMEENTE BREDA 4 2 - hij bijlage nr. 266 st/7322 De raad der gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dier gemeente d.d, 27 juni 1973 bijlage nr. 266; overwegende, dat een gedeelte van de riolering in de Ettensebaan vernieuwd is moeten worden als gevolg van een zodanige beschadiging, dat normale functionering niet meer mogelijk was; dat blijkens een door de dienst van openbare werken overgelegde specificatie de aangerichte schade een bedrag van ƒ.57.745,15 heeft belopen; dat zowel door Koning en Bienfait N.V., proefstation voor bouw materialen en bureau voor chemische onderzoekingen te Amsterdam, als door Martens Beton Oosterhout N.V. onafhankelijk van elkaar als oorzaak voor de beschadiging wordt aangewezen het lozen van te heet koelwater; dat uit de situatie ter plaatse blijkt, dat als veroorzaakster van de schade slechts in aanmerking komt de N.V. Preservenbedrijf gevestigd te Breda aan de Ettensebaan nr. 10; dat genoemd bedrijf door het college van burgemeester en wethou ders aansprakelijk werd gesteld, doch dat deze aansprakelijkheid niet werd erkend; dat, nu langs de weg van overleg geen overeenstemming is te be reiken, nog slechts overblijft de weg van het voeren van een rechtsgeding om de gemeentelijke vordering geëffectueerd te krijgen; gelet op artikel 177 der gemeentewet; heeft besloten: tegen de N.V, Preservenbedrijf, Ettensebaan 10, aldaar een rechtsgeding te voeren R.No.1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1199