bijl. nr. 297 -3- De toenemende inschakeling van vrouwelijke werknemers. Ook in onze gemeente neemt het aantal vrouwen dat na het huwelijk haar be roep wenst uit te blijven oefenen toe. Als gevolg hiervan zal het arbeids aanbod in de "vrouwelijke" beroepen in de komende jaren relatief gezien sterk toenemen. Uit onderzoek is gebleken 1) dat de overgrote meerderheid van de vrouwen werkt in de handel, het bank- en verzekeringswezen en in de dienstensector. Naar alle waarschijnlijkheid is dit zowel voor de genoemde categorieën als voor de nijverheid voornamelijk in de administratieve beroepen. Men mag verwachten dat het toekomstige aanbod van meisjes en vrouwen door de betere opleiding in sterkere mate gericht zal zijn op functies van middelbare en hogere employés. Dit is een van de redenen waarom het streven gericht is op bevordering van de werkgelegenheid in de administratieve beroepen met in begrip van de dienstensector. De verschuiving in de werkgelegenheidsstructuur. Het percentage werkzamen in de tertiaire sector ligt in onze gemeente iets boven het landelijke cijfer (57$ tegen 53$). Wij durven hiervan niet te zeg gen dat dit zonder meer een gunstige situatie is. Er is immers uitgegaan van het cijfermateriaal voor de gemeente en het is duidelijk dat zich in een stad, die bovendien een belangrijke bovenlokale functie vervult, een concentratie van dienstverlenende bedrijven bevindt. In "Aantekeningen bij de publicatie van de werkgelegenheidsnota van het G.A.B.*) d.d. 23 oktober 1972 van de so ciografische dienst, is reeds aangegeven dat de groei van de tertiaire sec tor in Breda niet hoog is te noemén; In de periode 1963-1970 werd deze ge raamd op globaal 2$ gemiddeld per jaar tegenover een landelijke groeivoet (excl. overheid) van 2,8$ en een groei in de regio zuid van zelfs 4,4$ per jaar. De gegevens over de arbeidsreserve die door de directeur van het G.A.B. zijn verstrekt duiden erop dat erop dit moment niet voldoende werkgelegenheid is in de dienstverlenende bedrijven om het stijgend aanbod op te vangen, ter wijl in de toekomst tevens rekening dient te worden gehouden met de verdere stijging van de vrouwelijke beroepsbevolking in deze sector. De groei van de tertiaire sector is de3 te meer vereist, omdat de expansie in de industriële sector steeds trager verloopt, zoals de prognose van de sociografische dienst heeft aangetoond, waar met deze vertraagde groei rekening is gehouden. 1) Statistiek van vestiging en werkzame personen in Breda.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1339