bijl. nr.297
-4-
De groei van de dienstensector is in sterke mate afhankelijk van de ontwik
keling in de regio en in het gewest. Onze betrokkenheid zal ertoe leiden dat
de afgeleide stuwende diensten uit grootschalige gewestelijke werkgelegen
heidsprojecten zoveel mogelijk in onze gemeente gevestigd zullen worden.
Deze betrokkenheid behoeft niet beperkt te blijven tot de groei in de directe
omgeving. De groei naar Europese eenheid plaatste onze gemeente aan de poort
van een rijk economisch achterland. Veel bedrijven ondervinden de invloed van
Brussel als nieuw centrum waar beslissingen worden genomen, terwijl men toch
ook duidelijk geöriënteerd moet blijven op Den Haag en de Randstad.
De toenemende overbelasting in het laatste gebied dwingt ook steeds meer
dienstverlenende bedrijven ertoe elders een vestigingsplaats te zoeken.
Wij zullen de werkgelegenheid in de dienstensector zoveel mogelijk stimuleren
ten einde verdere inhoud te geven aan de functie van onze stad als diensten
stad en zo haar werkgelegenheidsfunctie te waarborgen. Ons college is daarom
doende de mogelijkheden te onderzoeken om het aantal terreinen voor dienstver
lenende bedrijven uit te breiden; gedacht wordt met name aan de ontwikkeling
van een kantorenpark.
De herstructurering bi.j de industriële bedri.iv'en in de nijverheid.
Algemeen.
Wij hebben reeds aangegeven dat de stagnerende groei in de industriële be
drijven de noodzaak met zich brengt de expansie van de tertiaire sector sterk
te bevorderen. In de jaren 1963-1970 nam de werkgelegenheid in de nijverheid
met gemiddelde 0,4^ per jaar toe, terwijl dit in de periode 1950-1963 nog
1,2*/» per jaar was.
Bedrijven die tot 1953 nog groei vertoonden zijn sindsdien sterk ingekrompen.
De werkgelegenheidssamenstelling vertoont daarbij het beeld van voortdurende
verandering die gepaard gaat met een sterke verhoging van de productiviteit.
De overgang naar de consumptiemaatschappij heeft de consument in het centrum
van het economisch gebeuren geplaatst; de consument met zijn toenemend vrij
beschikbaar inkomen dat zich minder richt op het realiseren van de eerste
levensbehoefte, maar op allerlei "luxe" artikelen. Als gevolg hiervan onder
vindt de economische structuur de noodzaak zich voortdurend aan te passen.
Lang gevestigde over het algemeen grote bedrijven, hebben de laatste jaren
geen groei te zien gegeven i.t.t. nieuwe overwegend kleine bedrijven.
Door de vermindering van de groei en de herstructurering is een actief vesti
gingsbeleid noodzakelijk. Wij zullen het vestigen van bedrijven in de nijver-