-a- bijlage nr. 320 rfij in septem- atstaf. Wij opbouw van onder bin- Onder landbouwgrond moet worden verstaan grond bestemd voor: akkerbouw - weide- bouw - veehouderij - pluimveehouderij - tuinbouw - fruitteelt - kweken van bomen - teelt van griendhout en riet en voor elke anders tak var. bodencultuur. Gebouwde eigendommen waarvan de ondergrond bestaat uit deze gronden zijr. ii.ge- n aan regional! volge artikel 9 van het Besluit vrijgesteld van deze belastingen. Hiermede zijr. aanzien hier- vooral bedoeld do kassen en tuinderswarenhuizen. Andere gebouwde eigendommen gerichtheid ee: ten behoeve van de land- en bosbouw vallen wel onder de heffingen; gobied van het aan hat en gebrui s) verwerking. b. ongebouwde eigendommen welke deel uitmaken van de op de vcet van de -latuur— schoonwet 1928 (Stb. 63) aangewezen landgoederen; (artikel 273, 7e lid en .arti kel 11 var, het besluit); en waarin ge- c. natuurterreinen, die door rechtspersoonlijkheid bezittende instellingen tot be mede computer- houd van het natuurschoon worden beheerd (artikel 273, 7e lid er. artikel- 1-1 var. in West- on het besluit). mtrent doze Wat na aftrek van bovengenoemde gronden nog overblijft aan "ongebouwd" i3 bij interim-rappoii Breda gezien de totale heffing een te verwaarlozen factor. Ter illustratie moge e waardemaatstl dienen dat in het geraamde bedrag 1973 voor straat- en rioolbelasting ad innen ia, zal 4.915.000,12.000,begrepen is vcor "ongebouwd". Wij zijr. dan ook voor oordeel dat voor Breda de belastingheffing oeperkt meet blij ven tot de gebouwde eigendommen met aauhorigheden. atbare opbrenj) Hoofdstuk V. ven kan tot ee: Dg OTüKettiV'^ vir\ df riooloel.'irtiii# rloolTetribMt.ig. och aanbrenger. Bij de invoering van de onroerend-goedbelastingen vervallen de andere algemene Ie- kan worden ge- lastingen die de gemeente tot dan toe hief.(Zie art. V van de wet van 24 december 1970). brengst voigeb De retributies vervallen niet. Vele gemeenten hieven een rioolretributie in plaats en direct be- van eer. rioolbela3ting b.v. Rotterdam, Eindhoven, Groningen, Haarlem, Hilversum, onroerend goes Heerlen, Utrecht enz. Door dc werking van het plafond van do heffing (15 respec tievelijk 12>« van do algeraor.e uitkering uit het gemeentefonds) zouden de gea.eer.ten met rioolbelasting in het nadeel zijn ten opzichte van de gemeenten met een riool- retributie. Dat i3 niet do bodoeling van de wetgever geweest. Kr is daarom geer. oerende bezwaar tegen het omzetten van de rioolbolasting in eon riooiretrioutie. Wij zijr. heffing van OB' n de grónd, re daar temeer voorstander van omdat daardoor zowel de heffing var. de eigenaren ais do heffing van de gebruikers niet aar. het plafond raken. De rioolretributio zal dan, evenals do nu bestaande rioolbelasting, worden geheven var. do eigenaren tot gelijke bedragen; het tarief voor de eigenarenheffirg onroerond-goecbelastir.g

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 1469