het begin te worden belast met een stuk opbouwwerk, dat zo spe
cifiek is verbonden met het maatschappelijk werk. Daarnaast is de
discussie over de vraag of dit opbouwwerk wel losgemaakt moet wor
den, ook organisatorisch, van het maatschappelijk werk, nog niet af
gerond. Vooruitlopen daarop lijkt ons niet opportuun. Dit neemt niet
weg, dat het perspectief, dat het opbouwwerk aspect van het Opbouw
werk in Bijzondere Situaties binnen enkele jaren zal overgaan naar de
nieuwe stichting, duidelijk aanwezig is. Regelmatig overleg hierover
tussen de betrokkenen is daarbij noodzakelijk.
Resumerend stellen wij U voor accoord te gaan met de verzelfstandiging
van het buurt- en wijkopbouwwerlc in de Stichting Buurt- en Wijkopbouw-
werk Breda en deze stichting met ingang van 1 januari 1973 voorlopig
voor een periode van drie jaar te subsidiëren overeenkomstig de rijks
subsidieregeling samenlevingsopbouw, doel C, territoriaal opbouwwerk:
50 procent van de personeelskosten en een afkoopsom voor apparaatskos
ten, alsmede 50 procent in de kosten van activiteiten. Het subsidie voor
1973 kan op basis van de voor U ter visie gelegde begroting voor 1973
worden geraamd op f72.000,
De Stichting Buurt- en Wijkopbouwwerk Breda zal starten met drie funk-
tionarissen. Dit betekent een uitbreiding mot é6n funktionaris ten opzich
te van het tot nog toe via de Stichting Katholiek Instituut voor Maatschap
pelijk Wolzijn goedgekeurde formatie. Gezien de onmogelijkheid om dit
jaar een uitbreiding van de personeelsformatie te verwezenlijken, heeft
de Stichting Katholiek Instituut voor Maatschappelijk Welzijn zich be
reid verklaard de financiële ruimte te bieden voor de derde funktionaris
door in 1973 66n vakature binnen de Stichting Katholiek Instituut voor
Maatschappelijk Welzijn niet op te vullen. Directe extra financiële con
sequenties heeft de totstandkoming van de nieuwe stichting daarom niet.
Onder volgnummer 502.00 van de begroting 1973 van de Gemeentelijke
Sociale Dienst is voor de Stichting Katholiek Instituut voor Maatschap
pelijk Welzijn een subsidie van f 1.229.200,geraamd. Hierin is, in
clusief het subsidie voor de derde funktionaris, een bedrag van