bij bijlage nr. 10 -13- Aleeneen. Personeelskosten. In 1970 hebben de volgende loon- en salarismaatregelen plaatsgevonden: 1. algemene procentuele salarisverhoging van 4,5/» net ingang van 1 janu ari 1970, terwijl de 0,66/» trend 1969 in de schaalbedrager. werd geïn corporeerd; 2. een uitkering ineens van 2,78?ó van het salaris in verband met de na calculatie trend 1970; 3. een uitkering ineens van 400,overeenkomstig de loonontwikkeling in het particuliere bedrijfsleven; 4. verhoging van A.O.W./A.W.W.A.V.B.Z. en A.K.W.-premie met ingang van 1 januari 1970; 5. verhoging van de I.Z.A.-premie per 1 januari 1970. Dit betekent dat in 1970 in totaliteit 12,14?» salarismaatregelen zijn genomen. In de begroting 1970 was uitgegaan van 8?» salarismaatregelen. Deze afwijking werkt door op de personeelskosten op de onderscheidene hoofdfuncties. Kapitaallastsn. In de begroting 1970 is op hoofdstuk XIII, 1, een stelpost voor de lasten van onrendabele investeringen 1970 geraamd van 636.610, In de rekening zijn de lasten van deze investeringen op de diverse hoofdstukken en paragrafen verdeeld. Bij de beoordeling van de meerdere kapitaallasten op de onderscheidene functies dient hiermede rekening te worden gehouden. Besnrekin." van de diverse deelfuncties. Bij de onderstaande bespreking van de deelfuncties worden alleen de op vallende verschillen besproken. 1Hoofdfunctie algemeen beheer. Op deze hoofdfuncties bestaat ten opzichte van de begroting een voordelig verschil van 169.038,49 te specificeren als volgt: a. bestuur 46.955,60 b. administratief apparaat - 220.167,82 0. archief d. subsidies en bijdragen 3-134,79 •f 1.038.94 - 169.033,49

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1973 | | pagina 73