aan de raad der
gemeente Breda
L
0) C
i
F/90596
6 juni 1973
Bijlage r.r. 215
Voorstel van burgemeester en wethouders
inzake aanwending van bepaalde reserve-
middelen van de dienst van openbare wer
ken ter gedeeltelijke dekking van die
dienst
Op grond van de verdeling der werkzaanheden is tot nu toe aangenomen dat de kos
ten van de afdeling stedebouw van de dignst van openbare werken voor de helft
ten laste konden worden gebracht van het rendabele grondbedrijf en voor de andere
helft voor rekening van de gewone dienst van de gemeente.
■In de loop van 1972 bleek echter dat het werk voor het grondbedrijf belangrijk
minder was geworden dan aanvankelijk bij het opsteller, van de begroting van 1972
nog was aangenomen.
Hierdoor werden wij voor de vraag gesteld of het verantwoord was het grondbedrijf
toch maar met de kosten van de afdeling zoals aanvankelijk geraamd te belaster,
of dat elders dekking moest worden gezocht.
Daar het niet mogelijk bleek de kosten elders onder te brengen bleef er geen ande
re mogelijkheid dan om het grondbedrijf met de kosten te belaster.. Veer een gedeel
te der kosten kan echter een andore dokking worden aangewezen. In ons pre-aövies
bijlagq nr. 76 inzake de reserves van de gemeente behandeld in de raadsvergadering
van juni 1970 zijn namelijk bepaalde reserve-middelen die bij de dienst van open
bare werken in de loop der jaren waren gevormd. Overgebracht naar de rekening
'.'opslag verschillen"; de bedoeling hiervan was om de vermelde reserve-middelen,
via de tarieven ten goede te doen komen van de diensten en bedrijven enz. die
in feite de reserveringen hadden betaald.
Deze reserve-middelen zijn nog ongebruikt en verder aangegroeid door verkoop van
grond en oude materialen boven de boekwaarde zodat uit dezen hoofde nu 219.364,—
beschikbaar is. In het eerder aangehaalde raadsvoorstel van 1970 is te dezer zake
een bedrag van 133.500,vermeld zodat er uit de bedoelde verkopen nog onge
veer 81.000,bijgekomen is.