bijl. nr. 261 -3- c. ad nr. 23: ten aanzien van de hier opgenomen post ad 33.000,meent de raad van commissarissen der N.V. - dit na overleg met de pachter - dat mede ter beperking van de kosten volstaan zou kunnen worden met een bedrag van plm. 15.000,aangezien dit bedrag volgens raming van de dienst van openbare werken voldoende zou zijn om zodanige maatregelen aan het plafond te treffen, dat het thans aanwezige gevaarselement (het loslaten van plafonddelen) wordt opgeheven. Ten aanzien van deze aangelegenheid zijn wij van mening, dat het aanbeveling verdient de werkzaamheden als bedoeld in het overzicht tot een bedrag van 33.000,te doen uitvoeren. Wij hebben daarbij overwogen, dat bij een be perkte uitvoering der werkzaamheden weliswaar het gevaars element wordt geëlimineerd, doch wij zijn daarnaast van mening, dat het niet zinvol is, de destijds gedane extra investeringen haar betekenis te ontnemen (het betreft hier een uit verschuifbare en draaibare elementen opgebouwd plafond, een en ander met het oog op het bereiken van een zo goed mogelijke akoestiek en een zo optimaal mogelijk functionerende ventilatie): het voorstel van de raad van commissarissen zou inhouden het controleren en vastzetten van de plafondelementen, waardoor de verschuifbaarheid en draaibaarheid - met de gevolgen voor akoestiek en ventilatie - verloren zouden gaan. Wij menen dan ook, dat de extra-investering van 18.000,in dit verband verantwoord en aanbevelens waardig is. Resumerend komen wij tot de navolgende opstelling: totale raming openbare werken: ƒ.195.000, af: totaal kolom "gewenste verbeteringen of vernieuwingen" 14.300, Totaal benodigd bedrag 180.700,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1062