bijl. nr. 262
-2-
staat aan ten minste twee overdekte zwembaden.
Deze conclusie wordt onderschreven door de norm, welke de
Provinciale Commissie Zwembaden hanteert t.w. twee over
dekte zwembaden voor een bevolkingsomvang van 100.000-
150.000.
Daarnaast bestaat - uitgaande van één lesuur per week
schoolzwemmen voor alle klassen van het basisonderwijs en
voor alle groepen van het buitengewoon lager onderwijs -
behoefte aan drie schoolinstructiebaden.
Openluchtzwembaden
Bij de planning van openluchtzwembaden hanteert de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten de vuistregel 20m2 zwemwater per
1.000 bezoekers. Het jaarlijks aantal bezoekers wordt door
de V.N.G. als volgt berekend:
inwoneraantal plus andere gebruikers x 6.
Volgens deze vuistregel bestaat in Breda behoefte aan ca.
15.000 m2 zwemwater (120.000 plus 5.000 x 6) x 20 m2 per
1.000 bezoekers). Volgens de Provinciale Commissie Zwembaden
is een oppervlakte zwemwater nodig voor normale openlucht
zwembaden van ca. 6.000 m2 per bevolkingsconcentratie van
100.000 personen. Hiervan uitgaande is de behoefte voor Breda'
derhalve ca. 7.500 m2.
De beide normen verschillen onderling in ruime mate. Vandaar
dat door de sociografische dienst - rekening houdend met de
ervaringen met betrekking tot het recreatiehad "Wolfslaar" -
voor Breda de behoefte wordt gesteld op 8.000 9.000 m2 water
oppervlakte.
Bij bovengenoemde behoefte-bepaling van zwembaden in Breda is
geen rekening gehouden met de volgende factoren:
- een toename van de vrije tijd, waardoor men vaker kan gaan
zwemmen;
- een intensiever zwemonderricht, waardoor het aantal potentiële
bezoekers zal toenemen;
- de ervaringen bij recreatieve voorzieningen, waaruit blijkt
dat na enkele jaren van een overbelasting sprake is.