in de richting van de ontwikkeling van een deel van het gebied
Haagse Beemden. Het ligt in onze bedoeling Uw raad middels het
bijgevoegde concept-besluit een uitspraak te vragen welke de
mogelijkheid van ontwikkeling van de Haagse Beemden ook in de
richting van woningbouw opent.
Het lijkt ons juist allereerst op het demografische aspect
nader in te gaan, waarbij wij U voor een nadere toelichting op
het onderstaande verwijzen naar de hierbij gevoegde nota van de
sociografische dienst d.d. 23 november 1973.
Het is U bekend, dat de gemeente Breda sedert 1972 een terug-
lopend inwoneraantal kent: bedroeg dit aantal per ultimo 1971
122.430, per ultimo 1972 was dit aantal gedaald tot 121.181.
Volgens voorlopige cijfers bedroeg het inwonertal per 1 augustus
1973 120.198, hetgeen een verdere teruggang betekent van 983 in
woners
Deze teruggang wordt voor een zeer groot deel verklaard vanuit
een negatief migratie-saldo: in 1971 bedroeg het geboorte-over
schot 727 personen, waartegenover een negatief migratie-saldo
stond van 473 personen. In 1972 daalde het geboorte-overschot tot
510, terwijl het migratio-saldo toenam tot - 1762. In de periode
van 1 januari 1973 tot 1 augustus 1973 bedroeg het migratie-saldo
- 1161 (in de overeenkomstige periode in 1972 - 1:77), zodat met
een verdere stijging van dit negatieve saldo rekening gehouden
moet worden.
Ten aanzien van dit negatieve migratie - saldo doet zich echter de
volgende omstandigheid voor:
Iaat men de buurgemeenten (Etten-Leur, Nieuw-Ginneken, Oosterhout,
Prinsenbeek, Rijnbergen, Terheijden en Teteringen) buiten beschou
wing, dan had Breda in 1971 een vestigingsoverschot van 336 per
sonen; naar genoemde buurgemeenten echter vertrokken per saldo
809 personen. In 1972 bedroeg het aandeel van deze buurgemeenten
in het negatieve migratiesaldo 1.268 op een totaal van 1.762. Aan
genomen moet worden dat deze ontwikkeling zich,ook dit jaar heeft
voortgezet. Geconcludeerd moet dan worden, dat Breda - ondanks het