bijl. nr. 300
Herplaatsing van de voormalige direkteur, die tevens een praktijk al3 dieren
arts had en nog heeft, ligt niet in de verwachting. De keurmeesters hebben een
andere werkkring gevonden, doch wachtgeldsuppletie moet vooralsnog worden aan
genomen. Kaar de huidige otaad van zaken is het moeilijk de financiële conse
quenties van do gehele procedure, bovendien gerekend in de tijd (uiterlijk tot
199l), te kwantificeren. Als de wachtgelder., voor rekening van 2reda en Tilburg,
gerekend over de gehele wachtgeldtijd, worden opgeteld komt men tot een bedrag
van rond 1.100.000,Daarop komt een nog onbekend bedrag in mindering
wegens nieuw verworven inkorr,3ten van betrokkenen en eventueel wegens de eerder
vermelde meeropbrengst van het voormalige slachthuis.
Do uitkomst van een en ander komt derhalve voor 50f» ten l&3te van de kringen
Breda en Tilburg, Voor wat do kring Breda betreft betekent dit dat do exploita
tie van de vleeskcuringskring jaarlijks, ingaande 1973 en uiterlijk tot 1991,
balast wordt met de helft van de netto wachtgeldkosten voor dat jaar.
Het financiële statuut van de vleeskeuringskring, neergelegd in de artikelen
6 en 8 van de gemeenschappelijke regeling, bepaalt:
a. do door de gemeente Breda ten behoeve van de vleeskeuringskring gemaakte kos
ten v/orden aan deze dienst in rekening gebracht:
b. in de kosten van deze dienst wordt door de kringgexeenten bijgedragen per in
elke gemeente verrichte keuring een bedrag, gelijk aan het voor de betrokken
keuring geheven keurloon. Indien in enig dienstjaar do aldus verkregen opbrengst
onvoldoende is om de in artikel 6 bedoelde kosten te dekken wordt door elK der
kringgexeenten bovendien een bijdrage verleend naar rato van hot aantal inwoners
van elke kringgemcentc op 1 januari van het betrokken dienstjaar, vastgesteld
volgens dc door het centraal bureau voor do statistiek openbaar gemaakte bevol
kingscijfers.
Do opbrengst van de kourlonon in de kringgemoenton is, als gevolg van do stork terug
gelopen gezin3- en bedrijfsslachtingen, al geruime tijd van dien aard, dat de kring-
gemeenten jaarlijks in de kosten van de vleeskeuring moeten bijdragen op basis van
het inwonertal (raming 1974 135-000 x 0,13).
basis begin 1974.