bij bijl. nr. 310 -10- 9. het hebben van borden tot verhuur cf verkoop van woningen of percelen, in het geval deze borden aan de te verhuren óf te verkopen woningen of percelen zijn bevestigd; 10. het hebben van afvoerbuizen van hemelwater of van faecale stoffen, welke aan een gebouw zijn aange bracht en niet meer dan 0,10 m buiten de gevel uitsteken. Artikel 33 De belasting wordt bij wege van aanoiug geheven. Artikel 34 Ontheffing Indien het gebruik of genot van de grond of het water ophoudt, of voorwerpen onder, op of boven die grond of dat water worden verwijderd, vóór het verstrijken van de.termijn, waarvoor do belasting verschuldigd is, wordt ontheffing naar tijd3ge- lang verleend, uitsluitend indien de belasting is gesteld "per jaar" en door de belanghebbende een schriftelijk verzoek wordt ingediend bij burgemeester en wethouders binnen een maand, nadat het gebruik of genot heeft opgehouden of de voor werpen zijn verwijderd. Deze ontheffing wordt berekend op zoveel twaalfde gedeelten als het aantal kalendermaanden van het lopende jaar bedraagt, welke bij het eindigen van het gebruik of genot van de grond of het water of bij het verwijderen van de voorwerpen onder, op of boven die grond of dat water, nog niet zijn ingegaan. Artikel 35 Delegatie Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeente ambtenaren aanwijzen dia in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende de heffing van de belasting. Artikel 36 De verplichting als bedoeld in de artikelen 4-7, 50 en 51 van de Algemene Wet inzake rijksbelastingen jegens burgemeester en wethouders gelden mede jegens de chef van de afdeling financiën en belastingen ter gemeentesecretarie. Bevoegd tot het verlenen van afschrijving respectievelijk uitstel van betaling is de ohef van de afdeling financiën en belastingen respectievelijk het hoofd van de functie betalingsverkeer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 1228