bijl. nr. 26 commissie financiën, d.d. 7 december 1973 en vervolgens geagendeerd voor de raadsvergadering van 17 januari 1974. VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 13 december 1973). D h e r Am erica een tweede vraag is dat ik het op prijs zou 3tellen op zo kort mogelijke termijn ingelicht te worden over de afwijzing waartoe gedeputeerde staten besloten hebben ten aanzien van dc toestemming van een flat voor bejaarden in de Geeren-Noord. Indien het niet gebruikelijk is dat een dergelijk onderwerp in de eerstvolgende vergadering bij de ingekomen stukken aan de orde komt, verzoek ik het college mij pp andere wijze van een on ander te doen kennis nemen. Ik ben geen lid van de desbetreffende commissie maar ik heb uiteraard wel belang stelling voor deze kwestie. AUT',vOORD Gelet op het feit, dat de raad voor het betrokken perceel aan de Philips lammekensstraat een voorbereidingsbesluit heeft ge nomen, achten wij het reëel, dat de betreffende afwijzende beschikking van gedeputeerde staten,genomen in het kader van artikel 19 van de wet op de ruimtelijke ordening, ter kennis van de raad wordt gebracht. De decisie van gedeputeerde staten van 7 november 1973 hebben wij ter kennisname voor de raad bij de raadsstukken gedepo neerd VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 13 december 1973). DG gogt SGVG^GÜSJ op 16 april heb ik enkele vragen gesteld over de lege ruimte die is ontstaan door de verwoesting van het restaurant Het Zuid. In juni is mij geantwoord dat de kwestie aanhangig was en dat beantwoording pas na 1 juli mogelijk zou zijn. Het is nu half december en ik zou het op prijs stellen als het college mij nog dit jaar een concreet antwoord op mijn vragen zou kunnen geven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 150