aan de raad der
gemeente Breda
31 oktober 1973
Pi/14060
bijlage r.r. 44
Voorotel van burgemeester en wethouders tot
wijziging van do verordening, regelende het
systeem van meteropneming en incasso van het
energie- en waterbedrijf.
1. Bij raadsbesluit van 18 februari 1971 (bijlage nr. 35)*) is, ingaande 1 mei 1971,
een nieuwe regeling getroffen met betrekking tot meteropneming en incasso van
het energie- en waterbedrijf. In algemene zin is daarbij geregeld, dat de meters
één maal per jaar, in de maand april, worden opgenomen. Als voorlopige betaling
worden maandelijks bedragen gevorderd ter grootte van 1/12 van het geschatte ver-
bruiksbedrag over een vol jaar. Krachtens artikel 3, lid 1, van de bij genoemd
raadsbesluit vastgestelde verordening*) vindt de afrekening -op basis van verbruik
en voorlopige betalingen- eind april van ieder jaar plaats.
Hoewel de regeling in de praktijk bevredigend werkt -zowel voor de afnemers als
voor het bedrijf- kan er een wijziging worden aangebracht, welke oen aanzienlijke
verbetering zou betekenen voor de bedrijfsvoering en waardoor een betere aanslui
ting bij de betalingsgewoonten wordt verkregen.
De nog aanwezige problemen alsmede de wijziging welke ons college Uw raad voor
stelt worden hierna uiteengezet.
2. Met betrekking tot de nota's voor de voorlopige betalingen wordt momenteel de vol
gende werkwijze gevolgd:
- vervaardigen van de nota's rond het begin van ieders kalendermaand, waarop het
voorschot betrekking heeft;
- verzenden van de nota's tusson do 10e en 14e van iedere maand;
- betaling binnen 14 dagen na ontvangst van de nota's.
ligt ter visie in do leeskamer.