dij mji.nr. p
- 2 -
APNTNTSTRVriEVE VKRWKHKINfl VAN DE KOSTEN VAN STRAATVERLICHTING.
V<5dr- 1972 werden de kosten van straatverlichting jaarlijks gesaldeerd op
h''l bedrijfsresultaat van hot oloctricitoitsbodrijfAangozion do winoton
van het energie- en waterbedrijf integraal aan de algemene dienst worden
uitgekeerd i3 het budgettair effect van genoemde saldering hetzelfde als
bij rechtstreekse verrekening met de algemene dienst.
Sinds 1972 wordt oen dergelijke rechtstreekse verrekening toegepastj in
do gemeentebegroting worden deze kosten uiteindelijk verantwoord op volgnr.
03.136 "uitkering aan het energie- en waterbedrijf wegens kosten van
straatverlichting". Deze methode verdient de voorkeur, omdat meer inzicht
wordt verkregen.
i. bscblbidinc.
Uitbreiding en reconstructies van straatverlichting hangen in overwegende
mate samen met do realisering van andore openbare voorzieningen waarbij
ook straatverlichting moet worden aangebracht c.q. moet worden aangepast.
Deze correlatie noopt tot een gecoördineerde behandeling van straatver-
11 eht ingsplannen.
Tot en met het jaar 1971 waren de straatverlichtingsprojecten opgenomen
in de kredietaanvragen voor de bedrijfsvoering van het energie- en water
bedrijf.
In dit kader was vrijwel steeds een werkkrodiet beschikbaar, zodat als
regel de realisering van straatverlichtingsprojecten - waar nodig - kon
worden gekoppeld aan die van andere openbare voorzieningen.
Reeds gesteld i3 dat zowel de toekenning van prioriteiten in het budget
taire vlak, als de prioriteitenkeuze ter zake van de financiering, reeds
in de loop van 1971 tot gevolg hebbon gehad, dat de continuïteit in de
realisering van straatverlichtingsprojeoten werd verbroken, waardoor de
aansluiting op andere openbare voorzieningen in het gedrang is gekomen.
Nu intussen de budgettaire ruimte voor nieuwe straatverlichtingsplannen
is aangegeven is het mogelijk te komen tot een gecoördineerde behandeling
met gelijktijdige openbare voorzieningen.
Wij hebben dan ook besloten 3traatverlichtingsprojecten in het vervolg te