bijlage nr. 65 -3- VRAAG (gesteld ingevolge artikel 40 R.v.O.) De heer Veelenturf: Met de regelmaat van de klok worden de ondernemers van Breda gecon fronteerd met het verschijnen van zogeheten verbruikers- markten. Vorige week opende een dergelijk bedrijf in het pand van de Fa. Hellemons, Min. Nelissenstraatin het pand van de Fa. Poppelaars, Beverweg, wordt waarschijnlijk een ver- bruikersmarkt gevestigd tot grote verontrusting van de ondernemers in het Brabantpark en een mogelijke vestiging in hot pand van de Fa. Bauknecht aan de Haagse Markt houdt de gemoederen onder de ondernemers in Breda-West danig bezig. N.a.v. het bovenstaande en conform art. 40 van het R.v.O. wilde ik U college de volgende vragen voorleggen: Is Uw college met mij van mening dat verspreid, ongecontroleerd vestigen van verbruikersmarkten orde- verstorend werkt op het functioneren van de door Uw college geplande en/of ontwikkelde winkelcentra resp. gebieden? Deelt Uw college mijn mening dat in de gemeente Breda het aantal verbruikersmarkten onrustbarende vormen aanneemt waardoor een verantwoord vestigingsbeleid welhaast schier tot de onmogelijkheden gaat behoren? Is Uw college met mij van mening dat juist het ont breken van een vestigingsbeleid een groot gemis is bij pogingen om aan 'deze ongewenste ontwikkelingen paal en perk te stellen? Zo ja, kan Uw college dan mededelen wanneer zij de raad een adequaat vestigingsbeleid voor de stad Breda kan presenteren. ANTWOORD De vragen in Uw bovenvermeld schrijven betreffen in het alge meen kortingwinkels, die bij voorkeur worden gevestigd in be drijfspanden in de oudere wijken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 309