bijl. nr. 93 -7- ANTWOORD 1De rapporten betreffende de resultaten van de ingestelde onderzoeken naar het geschikt zijn ter bewoning van de onderhavige woningen hebben in 1968 ter visie gelegen. Er bestaat geen bezwaar deze rapporten opnieuw voor de raad ter inzage te leggen. Bedoelde woningen zijn onbewoonbaar verklaard op grond van de volgende gebreken: vochtigheid, versleten hoofdcon structie, onvoldoende brandveiligheid en overige tekort komingen t.a.v. de primaire eisen van volkshuisvesting (b.v. privaat rechtstreeks vanuit keuken bereikbaar, aantal ver trekken te gering). 2. In het betreffende raadsvoorstel tot onbewoonbaórverklaring is gesteld, dat de gebreken van dien aard zijn, dat de kosten verbonden aan het wederom in bewoonbare staat brengen van de -woningen economisch niet verantwoord zijn. In deze situatie is geen wijziging gekomen. 3. De ontruiming van de onderhavige pander, zal geschieden, zodra de realisering van het ter plaatse vigerende bestemmingsplan "hoge steenweg e.o." dit noodzakelijk maakt. De betreffende grond is bestemd voor doeleinden van handel en bedrijf. 4. Een tweetal woningen is thans nog verhuurd als woning. Ont ruiming zal t.z.t. geschieden overeenkomstig de daarvoor geëigende wettelijke procedure. Voor vervangende woonruimte wordt uiteraard zorg gedragen. Nog een tweetal woningen is viu de Stichting Ateliers Kunstenaars Breda ir.gebruikgegeven als atelierruimte. De met de gebruikers gesloten overeenkomst is van tijdelijke aard en geldt van maand tot maand. Indien ont ruiming noodzakelijk is, zal via de genoemde stichting naar vervangende atelierruimte kunnen worden gezocht. Ben aantal panden is onrechtmatig in gebruik genomen. Voor deze panden geldt de procedure als is uiteengezet ahn het slot van onze - mede aan U gerichte - brief van 9-3-1972 nr. St/2/74122.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1974 | | pagina 407