gemeente Breda
De raad der gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 april
1974, bijlage nr. 141 gedaan overeenkomstig het advies van de
commissie voor openbare werken;
overwegende, dat ingevolge zijn besluit van heden wordt over
gegaan tot de aanleg van een centrale verwarmingsinstallatie in
de woning Baliëndijk 23 alhier, ten behoeve van de blijvend min-
dervalide huurder van deze woning;
dat de onderhav.ige woning behoort tot het complex 532 woningen
der gemeente, waarvoor geldelijke steun uit 's rijkskas ingevolge
de woningwet 1901 is toegekend bij ministeriële beschikking d.d.
13 mei 1958, ETV 1152;
dat de minister van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening de
kosten van deze woningaanpassing heeft aanvaard tot een bedrag van
4.550,en zich bereid heeft verklaard aan de gemeente een
bijdrage ineens uit s' rijkskas te verlenen ten belope van 25?»
der kosten als bovenvermeld, zijnde 1.138,
gelet op de artikelen 61. en 67 van de woningwet en de betreffende
uitvoeringsvoorschriften;
besluit:
aan het rijk, ministerie van volkshuisvesting en ruimtelijke or
dening, te verzoeken aan deze gemeente te verlenen en bij toe
kenning te aanvaarden, een bijdrage ineens uit 's rijkskas ad
1.138,zijnde 25$ der goedgekeurde kosten van de aanleg van
een centrale verwarmingsinstallatie in de woning Baliëndijk 23
alhier.
Aldus besloten door de raad voornoemd
in zijn vergadering van mei 1973,
voorzitter.
secretaris.
