tij bijl. nr. 183
- 3 Aan een ongehuwde belanghebbende, die niet ouder is dan 24
jaar cn die woont bij hot gezin waartoe hij behoort of die
een eigen huishouding voert, kunnen burgemeester en wet
houders oen tegemoetkoming verlenen in de kosten van het
dagelijks reizen van en naar zijn woonplaats indien die
reiskosten hoger zijn dan een door burgemeester en wethouders
te bepalen bedrag per maand.
4 Aan een ongehuwde belanghebbende die niet kan inwonen bij
het gezin waartoe hij behoort, omdat het dienstbelang het
heen en weer reizen niet of niet langer gedoogt, kunnen
burgemeester en wethouders vergoeding van reiskosten naar
en van de woonplaats van het gezin verlenen:
a. eenmaal per week, indien hij niet ouder is dan 17 jaar,
b. eenmaal per 14 dagen, indien hij de leeftijd van 18 jaar
heeft hereikt maar niet ouder is dan 24 jaar.
5 Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van dit ar
tikel nadere voorschriften vaststellen.
Artikel 9
1 Indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders het
dienstbelang het niet of niet langer gedoogt dat belang
hebbende, bedoeld in artikel 8, lid 1, heen en weer reist,
kunnen burgemeester en wethouders gedurende ten hoogste
de termijn bedoeld in artikel 4 hem, indien hij gehuwd is
of, ongehuwd zijnde, kostwinner is van het gezin waartoe hij
behoort, een tegemoetkoming in de pensionkosten in het woon
gebied verlenen, tenzij van gemeentewege in voeding en huis
vesting wordt voorzien. Deze tegemoetkoming bedraagt ten
hoogste 90$ van de door belanghebbende betaalde pension
kosten, voor zover deze niet uitgaan boven de door burge
meester en wethouders redelijk geoordeelde pensionprijzen.
2. Aan een ongehuwde belanghebbende waarvan het gezin waartoe hij
behoort buiten het woongebied is gevestigd en die bij indienst
treding in het woongebied een pension heeft betrokken, kunnen
burgemeester en wethouders eon tegemoetkoming in de pensionkosten
verlenen, indien zijn bezoldiging lager is dan een door hen vaat
te stellen bedrag per maand. ''1
3 Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van dit ar
tikel nadere voorschriften vaststellen.
Artikel 10
1 Vergoeding van of tegemoetkoming in de reiskosten als bedoeld
in de artikelen 5» 6 en 8 wordt, ongeacht of daarbij gebruik
is gemaakt van een openbaar of eigen middel van vervoer, door
burgemeester en wethouders verleend met inachtneming van de
werkelijk gemaakte kosten, reet dien verstande dat de kosten
verbonden aan het gebruik van openbare middelen van vervoer
in de laagste klasse niet zullen worden overschreden.