bijl. nr. 191
-2-
Irgevolge artikel 16 noet op elke verdieping van de inrichting
en/of voor elk tiental personen of minder, tot verblijf van wie
de inrichting strekt, een privaat aanwezig zijn.
Hoewel ons college van in die artikelen vervatte eisen onthef
fing kan verlenen, heeft het geen zin een definitief standpunt
te bepalen omtrent het al dan niet verlenen van die ontheffingen,
nu de meest noodzakelijke voorzieningen niet zijn getroffen.
Het betreft hier voorzieningen, die voortvloeien uit eisen, die
in de artikelen 23, 24 en 25 van de verordening zijn gesteld en
waarvan geen ontheffing mogelijk is.
Artikel 23 bepaalt, dat in de inrichting een voldoend aantal
doelmatige brandblusmiddelen op gemakkelijk bereikbare plaatsen
aanwezig moet zijn.
Ingevolge artikel 24 moet iedere verdieping boven de begane grond,
waarop zich slaapplaatsen en/of dagverblijven bevinden, via een
tweede vluchtmogelijkheid door middel van een veilige trap kunnen
worden verlaten.
Artikel 25 heeft betrekking op de brandwerendheid van wanden,
plafonds en deuren.
Mevrouw Bervoets is weliswaar bereid de noodzakelijke voorzieningen
te laten treffen, doch zij is daartoe financieel niet in staat.
Aangezien zij geen termijn kan aangeven, waarbinnen haar financiële
omstandigheden het zullen toelaten aan de bedoelde eisen te vol
doen, stellen wij Uw raad voor het beroep ongegrond te verklaren
'v erna© "coc lui ton van 6 februari 1974 nr'c. 311/9/67542. 6754^ en
j
67549 te handhaven.
Ten slotte delen wij U nog mede, dat het door adressant genoemd be
drag van 20.000,voor verbetering van de bedoelde panden is aan-
gewend, ten einde deze bewoonbaar te maken en te houden. Be getrof
fen voorzieningen hebben geen betrekking op de eisen, in voormelde
verordening ten aanzien van kamerverhuurinrichtingen gesteld.
"Met" het oog op de termijn, waarbinnen Uw raad op het beroepschrift
een beslissing moet nemen, is over deze aangelegenheid geen advies
gevraagd kunnen worden aan de commissie openbare werken".
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
van den Dam
secretaris.
