aan de raad der
gemeente Breda
K/25609
1 mei 1974
bijlage nr. 205
Voorstel van burgemeester en wet
houders inzake het ontwerp van een
aanvullende lijst van beschermde
monumenten voor de gemeente Breda.
Bij brief van 18 februari 1974, MMA/Mo 172.857heeft de minister
van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk Uw Raad onder ver
wijzing naar artikel 8, derde lid van de monumentenwet een ont
werp toegezonden van een aanvullende lijst van beschermde monumen
ten voor deze gemeente Het betreft hierbij plaatsing op
deze lijst van de St. Fideliskerk (Schorsmolenstraat 11) en de
St. Laurentiuskerk (Ginnekenweg 331).
Overeenkomstig genoemd wetsartikel kan Uw Raad binnen 3 maanden -
welke termijn door de minister met eenzelfde termijn is verlengd -
aan de minister in overweging geven aan deze lijst monumenten toe
te voegen of daarvan af te voeren.
Uit de pers heeft U ongetwijfeld kennis genomen van het besluit
van de minister om 130 katholieke kerken, 4 kapellen, een compleet
klooster en een kerktoren op aanvullende ontwerplijsten van be
schermde monumenten te plaatsen. Het betreft hierbij met name
kerken die gebouwd zijn tussen 1850 en 1924.
Bij de toetsing van het grote aantal katholieke kerken, dat in
genoemde periode werd gebouwd, heeft de monumentenraad - het ad
viescollege van de minister met betrekking tot monumenten - in sa
menwerking met de rijksdienst voor de monumentenzorg als normen
voor beoordeling vragen in de overweging betrokken als de ouderdom,
de kunst-historische betekenis, de vraag of er meer exemplaren
van het type kerk bestaan, de ligging en de functie, die het gebouw
in het verleden heeft vervuld en nog vervult. Neogotische kerken
hebben de overhand; de Bredase kerken zijn als volgt te plaatsen:
St. Pideliskerk (neoromaans) en de St. laurentiuskerk (overgangs
periode tussen de neogotiek en de nieuwe kerkelijke bouwkunst).
Zowel door de gemeente-archivaris als de directeur van de dienst
van openbare werken wordt het ministreriële besluit positief be
oordeeld*). Op basis van de door rijk gehanteerde normen en re
kening houdend met de ter zake uitgebrachte adviezen komen naar