aan de raad der
gemeente Breda
-4-
ISt/21896
19-12-1973
bijlage nr. 21
Voorstel van burgemeester en wethou
ders tot vaststelling van het bestem
mingsplan Princenhage-Vest I 1973-
De wettelijke procedure inzake het bestemmingsplan Princenhage-b'est I 1973
is thans zover, dat het plan U tor vaststelling kan worden aangeboden.
Omtrent de belangrijkste facetten van het plan hebben wij U reeds uitvoe
rig geïnformeerd in ons voorstel van 28 november 1973*) inzake bouwrijp—
maken en verkoop van grond in dit gebied.
Ten aanzien van het onderhavige plan, dat globaal wordt begrensd door de
Liesboslaan, Doelen, Hovenierstraat en rijksweg 16, kan nog het volgende
worden opgemerkt.
Op 22 mei 1969 heeft Uw raad vastgesteld als globale plannen de bestem
mingsplannen Princenhage-WeGt I en II*). In de voorschriften behorende
bij die plannen was voorgeschreven, dat deze op basis van artikel 11 van
de wet op de ruimtelijke ordening door ons moesten worden uitgewerkt tot
gedetailleerde bestemmingsplannen.
Bij het entameren van de uitwerking van het plan Princenhage-Vest I bleek
al spoedig, dat binnen de in het globale plan aangegeven contouren niet
een voor alle bij de ontwikkeling van het plan betrokken partijen (or.tvik-
kcling3team) bevredigend resultaat kon worden bereikt. Het gevolg hiervan was,
dat van de begrenzingen van de diverse bestemmingen zodanig werd afgeweken
dat het gedetailleerde bestemmingsplan niet meer kon worden beschouwd als
een uitwerking van het globale plan, doch als een nieuw plan, waarvan de
vaststelling door de raad dient te geschieden.
De afwijkingen van het globale plan zijn van structurele aard en beogen
vooral:
a. het zodanig traceren van de ontsluitingsweg, dat doorgaande verkeers
bewegingen binnen het plan zoveel mogelijk worden vermeden;
b. het meer duidelijk en ook meer bruikbaar structureren van het groen,
geënt op de bestaande Doelakkerstraat;