hinderlijke inkijk in zijn woning. Bij aankoop van het perceel is hem medegedeeld, dat het terrein ingericht zou worden tot parkeer terrein of plantsoen. Tegen deze Bezwaren kan het volgende worden aangevoerd. De verstrekte informatie was gebaseerd op het Bestemmingsplan "RuitersBos 1972", dat voorzag in een parkeerterrein. Aangezien, zoals vermeld, het parkeerterrein niet meer nodig is ten Behoeve van de flat en de grond geschikt is voor woningbouw, is een gewijzigde situatie ontstaan. De wijziging is naar onze mening niet van dien aard en omvang, daJ deze op grond van de Bezwaren van de heer Dubbelman ontoelaatbaar zou zijn, omdat: a. de afstand tussen het raam van de woning van de heer Dubbelman en de daarnaast te bouwen woning minstens 11 meter bedraagt, waar door van een belemmering van het uitzicht en hinderlijke inkijk nauwelijks sprake kan zijn; b. bij realisering van het parkeerterrein het voortdurend in- en uitschakelen van autoverlichting als hinderlijk kan worden ervaren. Om deze hinder tegen te gaan heeft de heer Dubbelman op de perceels* grens beplanting aangebracht. Deze beplanting kan nu dienen om het beswaar betreffende de eventuele hinderlijke inkijk op te heffen. ad 2. Beswaarschrift C.A. Boekhorst De bezwaren van de heer Boekhorst tegen de wijziging van de bestem ming liggen in hetzelfde vlak als die van de heer Dubbelman. Tevens verzoekt de heer Boekhorst bij ongegrondverklaring van zijn bezwaren als compensatie restitutie van een deel van de door hem be taalde koopsom. De motieven aangevoerd tegen de bezwaren genoemd onder ad 1 zijn ook op deze beswaren van toepassing. Ten aanzien van de restitutie van een deel van de door hem betaalde koopsom moge nog het volgende worden opgemerkt. Hiemand kan aan een bestemmingsplan blijvende rechten ontlenen. In dien iemand ten gevolge van een bestemmingsplan (wijziging) werkelijk schade lijdt, kan zonodig een beroep worden gedaan op artikel 49 van de wet op de Ruimtelijke Ordening. Dit artikel houdt in: "1Indien en voor zover blijkt, dat een belanghebbende ten gevolge

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1124