- 2 -
bijl. nr. 318
Be criteria, welke de welstandscommissie hanteert zijn hem
onduidelijk en daarmee ook de beslissing van ons college.
Binnen het bestuurlijk apparaat is deze welstandscommissie
een ondemocratisch orgaan en de uitspraak van deze commissie
zal getoetst moeten worden aan de mening van de Bredanaars.
3.. artikel 12, lid 1, sub a van de Woningwet oen andere oplos
sing voor deze kwestie zou bieden. Dit artikel houdt in, dat
de bouwverordening kan bepalen dat burgemeester en wethouders!
met inachtneming van de in de verordening vervatte regelen
bevoegd zijn van in de verordening te noemen voorschriften
vrijstelling te verlenen.
Hoewel artikel 267 van de bouwverordening voor de gemeente Breda
spreekt van vrijstelling van in de bouwverordening genoemde be
palingen, zoals bedoeld in artikel 12, lid 1, sub a van de Wo
ningwet, is hot uit voragevingsoogpunt gewenst, dat de vorm van
de dakkapel aangepast wordt.
Inmiddels hebben meerdere gesprekken plaats gehad tussen de.heren
van Turnhout en Verheul, de architect, met 'de welstandscommissie
betreffende deze aangelegenheid,.waarbij men gekomen is tot ver
betering van de verbouwing, zoals deze reeds heeft plaatsgevonden.
Ten aanzien van het bouwen zonder bouwergunning is geen beroep
op de raad mogelijk.
Wat het buitenschilderwerk betreft, waarbij de eisen van welstand
betrokken zijn, is volgens artikel 30 van de Woningwet de moge-
lijkheid van beroep wel aanwezig.
Artikel 30 van de Woningwet hpudt in dat tegen een aanschrij
ving tot het treffen van voorzieningen aan een bouwwerk, dat niet
voldoet aan de bouwerordening of de krachtens die bouwerorde
ning gestelde regelen of eisen, met name artikel 34 van de bouw
verordening voor de -gemeente Breda betreffende de eisen van wel
stand, voorziening bij de raad gevraagd kan worden.
Haar aanleiding van het gepleegde overleg is een nieuw verzoek
om bouwergunning ingediend, welke bouwergunning inmiddels is
verleend. Hierdoor is het beroepschrift inhoudelijk afgedaan en
blijft slechts de formele afdoening hiervan over.