-2-
bijl. nr. 347
Op een viertal punten is afgeweken van het model van het centraal
orgaan
- in artikel 2, lid 2, is in het begrip bezoldiging mede opgenomen
de vergoeding voor wachtdienst (artikel C 4, lid 2, van het al
gemeen ambtenarenreglement), dit conform het reeds eerder door
ons ingenomen standpunt (algemene bezoldigingsverordening, af
bouwregeling)
- In de bestaande verordening is reeds in artikel 7, lid 1 in af
wijking van het model dat alleen spreekt over "op aanzegging",
de verplichting tot een jaarlijkse keuring opgenomen; er zijn
echter situaties denkbaar, waarin naast dat jaarlijks onderzoe!
behoefte bestaat aan een onderzoek op korte termijn; daarom de
toevoeging "op aanzegging".
- Het model kent in artikel 10, lid 1, een smartegeld bij over
lijden toe ten bedrage van driemaal de maandelijkse uitkering;
in afwijking hiervan hebben wij, gezien overeenkomstige bepalingen
in de wachtgeldverordening en de uitkeringsverordening, gekozen
voor een uitkering gelijk aan de bezoldiging, waarop de uitkering
is gebaseerd, over een tijdvak van drie maanden; op dezelfde
grond hebben wij het begrip "minderjarige kinderen" iets uit
voeriger omschreven.
- Artikel 13 van de bestaande verordening (artikel 12 van het model)
was een overgangsbepaling die noodzakelijk was bij de invoering
van het functioneel leeftijdsontslag; maar thans bestaat daaraan
geen behoefte neer.
We1 is echter nodig een overgangsbepaling voor degenen die op
dit moment een uitkering op basis van deze verordening ontvanger
Deze overgangsregeling is nu in artikel 13 geformuleerd.
De commissie personeelszaken en de commissie voor gemeentelijk over
leg in personeelszaken zijn over dit voorstel gehoord en hebben
instemmend geadviseerd.