aan de raad der
gemeente Breda
=>staande
n;
ingwet-
ststel-
begro-
St/6/56503
24-9-1975
Pi jingo nr. 356
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot (tweede) verhoging
van het krediet voor reeds uitge
voerd verfwerk aan de complexen
252 en 288 etagewoningen in Hoge
Vucht.
In Uw vergadering van 19 november 1973 werd een krediet van
367.140,gevoteerd voor het verven van het houtwerk en het
beton van de complexen 252 en 288 galerijwoningen in Hoge Vucht
(I.B.C.-flats in Geeren-Noord).
Nadat op 31 mei 1974 de aanbesteding van deze werken had plaats
gehad is overeenkomstig ons voorstel d.d. 29 juli 1974, bijlage
nr. 235*) op 22 augustus 1975 bedoeld krediet met 130.800,
verhoogd.
Beide kredieten zijn door gedeputeerde staten der provincie
goedgekeurd, zodat totaal beschikbaar was 497.940,zijnde
het totaal van de aannemingssommen verhoogd met 5.000,voor de
kosten van voorbereiding, toezicht enz. door de dienst van open
bare werken.
Ingevolge door Uw raad eveneens genomen besluiten wordt tot het
bedrag van de kosten dezer werken beschikt over de risicoreserves
van de betreffende complexen, welke zoals bekend mag worden ver
ondersteld onder andere bestemd zijn voor onvoorziene en niet door
verhuurverhoging te compenseren kapitaaluitgaven.
In het bovenaangehaald voorstel is een verklaring gegeven voor
de toen nodig bevonden verhoging, met name de loon- en materiaal
prijsstijgingen tussen het opmaken van de begroting en het
poment van aanbesteding. Verder is medegedeeld, dat op het verf
werk een risicoregeling - in casu de risicoregeling woningbouw
19Ó4 - van toepassing is, welke "impliceert, dat de loon- en