gemeente Breda r r-v I biJ biJlaS° nr* 388 De raad van de gemeente Breda; voorgenomen het op 1 juli 1975 ingekomen beroepschrift van de heer A. Mulders, Jasmijnstraat 62, tegen het besluit van burge meester en wethouders van 4 juni 1975 tot weigering van een ver gunning tot het herbouwen van een afgebrande boerderij op het perceel Dr. Batenburglaan 30; dat het beroep binnen de in artikel 51lid 1 van de Woningwet bepaalde termijn is ingesteld; dat appellantderhalve in zijn beroep ontvankelijk wordt ver klaard overwegende, dat betreffende overgangsbepalingen van het bestem mingsplan landelijk gebied 1958 alleen toelaten herbouw ten be hoeve van een agrarisch bedrijf; dat uit de ingediende tekening en de overige relevante beschik bare gegevens moet worden afgeleid, dat vergunning wordt ge vraagd voor een burgerbewoning bestemde bebouwing; dat dit in strijd is met de calamiteitsbepaling bij voornoemd bestemmingsplan; k gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 51 lid 1 van de Woningwet en de artikelen 389 en 390 van de bouwverordening voor de gemeente Breda; alsmede gelet op de discussie in de commissie ruimtelijke ordening; besluit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1478