gemeente Breda hij bijlage nr. 400 De raad der gemeente Breda; gelezen hot voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 november 1975; gezien het advies van de commissie algemene zaken; gelet op de artikelen 8 van de Drank- en Eorecawet en 168 van de gemeente wet; tot de navolgende wijziging van de Drank- en Horecaverordening Breda 1973» zoals deze is vastgesteld bij raadsbesluit van 26 februari 1973- De tekst van artikel 8 wordt gewijzigd en luidt als volgt "Het verstrekken van alcoholhoudende drank door of vanwege de houder van een vergunning als bedoeld in artikel 3» eerste lid, onder a, b of c van de wet op de openbare weg mag slechts geschieden op dat gedeelte van de weg, hetwelk onmiddellijk grenst aan het perceel waarin zich de in de akte van de vergunning vermelde inrichting bevindt en bovendien alleen a. waar het betreft de uitoefening van het horecabedrijf of de horecawerk- zaamheid, indien en voorzover de vergunninghouder gebruik maakt van een door burgemeester en wethouders verleende vergunning om op dat gedeelte banken, tafeltjes en stoelen te plaatsen; b. waar hot betreft de uitoefening van het slijtersbedrijfindien en voor zover de vergunning gebruik maakt van een door het college van burgemeester en wethouders verleende vergunning op dat gedeelte een kraam of daarmede vergelijkbaar voorwerp te plaatsen". De leden 2, 3, 4 en 5 van artikel 21 worden vernummerd tot respectievelijk 3, 4, 5 en 6. Aan artikel 21 wordt een nieuw lid 2 toegevoegd, luider.de als volgt t b e 8,1 u i t Artikel I Artikel II

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 1522