bij bijlage nr. 401
Artikel IV
Na artikel 12 vordt een nleuv artikel 12a toegevoegd, luidende ala volgt
"burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing vun hot in artikel 11,
Je lid, bedoelde verbod alloen weigeren als vaststaat of mot reden is te
vrezen, dat do vestiging van een inrichting, waarin con horecabedrijf of
een horecawerkzaamheid wordt uitgeoefend, een ontoelaatbare aantasting
van het woon- en leefklimaat in het in artikel 11 Je lid genoemde gebied
tot gevolg zal hebben en daaraan door het opleggen van voorwaarden of be
perkingen redelijkerwijze niet kan worden tegecoetgekor.cn".
Artikel V
Na artikel 12a vordt een nieuw artikel 12b toegevoegd, luidende als volgt
"Burgemeester en wethouders verlenen in elk geval ontheffing van hot ia
artikel 11, Je lid bedoelde verbod aan
a. de ondernemer, die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit arti
kel, in het in artikel 11, Je lid genoemde gebied, overeenkomstig de be
palingen van de wet een horecabedrijf of een horecawerkzaacheid uit
oefent, mits hij binnen 2 maanden na bedoeld tijdstip oen daartoe strek
kend verzoek indient;
b. de ondernemer, die zich vestigt in een inrichting, waarin op het tijdstip
van inwerkingtreding van dit artikel een horecabedrijf of horecaverkzaan-
heid overeenkomstig de bepalingen van de wet werd uitgeoefend, terwijl
het pand waarin de inrichting was gevestigd nadien voor geen ander doel
is gebruikt".
Artikel VI
Deze wijziging van de Drank- en Eoreoaverordening Breda 197J treedt in wer
king op een nader door burgemeester en wethouders te bepalen tijdstip.
Aldus besloten in de openbare vergadering
van
De raad voornoemd,
voorzitter,
secretaris.