bijl. nr. 404
- 3 -
lijkheid tot exploitatie gunstig kan beïnvloeden.
De kosten van het totale bouwwerk worden geraamd, zoals aangege
ven op de voor U ter vertrouwelijke kennisneming ter inzage ge
legde kostenraming. Omdat de aanbesteding nog moet plaatsvinden
laten wij het vermelden van geraamde bedragen in dit voorstel
achterwege.
Zoals U reeds bekend is (zie ons voorstel van 21 juli 1975 tot
het beschikbaar stellen van een voorbereidingskrediet) is voor
de eerste fase van het project DACW-subsidie toegekend tot een
bedrag van 2.700.000,Dit subsidiebedrag werd - naar on3 la
ter door DACW werd medegedeeld - berekend van een deel der bouw
kosten te weten 6.000.000,Ten einde de subsidiëring en het
te verwerken bedrag gelijke tred met elkaar te laten houden ver
zoeken wij U in eerste instantie een krediet te voteren van
6.500.000,zijnde het bedrag, waarvoor de eerste fase van
het bouwwerk uitgevoerd kan worden. Voor dit bedrag kan het ge
hele gebouw glas- en waterdicht worden opgeleverd.
Na aftrek van het subsidiebedrag moet voor een netto-investering
van 3.800.000,dekking worden aangewezen. In de begroting
1976 zijn voor de herhuisvesting van de secretarie en enkele ge-
gemeentediensten dekkingsmiddelen voorzien tot een bedrag van
219.000,Voor het dan nog resterende bedrag aan dekkingsmid
delen ad 47.000,kan de post werkgelegenheid, welke voor 1976
nog 50.000,groot is, worden aangewend.
De rijksdienst voor monumentenzorg kan zich, blijkens zijn brief
van 7 oktober jl., met het bouwplan verenigen.
Gezien het vorenstaande stellen wij U voor:
A. akkoord te gaan met het U voorgelegde bouwplan, zoals dat na
der is uitgewerkt op de tekeningen no. 75.443, bladen 4.1 t/m
4.5. en tot uitvoering daarvan te besluiten;
B. voor de uitvoering van de eerste fase van het werk een krediet
te voteren van 6.500.000,zulks door vaststelling van de
voor U ter visie gelegde conccpt-wijziging van de begroting
1575;
een en ander door vaststelling van bijgaand concept-raadsbesluit.
Wij doen U dit voorstel in overeenstemming met de adviezen van
de commissies voor openbare werken en voor ruimtelijke ordening