-5- traat uisvest. hier is wij het nieuw- i van aan ook van ontstaat rs - met btenaren) ïde be- er- panden loch ter k- lanleg een worden ods in de r9r> een), t worden lijvende meente or het n voor iele ordt de ge- rden volgens meergenoemde richtlijnen de meerkosten, samenhangende met de inrichting van de parkeergarage als schuilplaats, door het Rijk vergoed. Wij menen voorts nog, dat de aanleg van de onderhavige par- keerfaciliteitdie als een particuliere parkeergarage be schouwd zou kunnen worden, niet in strijd behoeft te zijn met de wenselijkheid van realisering van parkeergarages voor pu bliek gebruik (die - naar men mag aannemen - aanzienlijk groter van omvang zullen zijn en ten opzichte van de binnenstad meer perifeer zullen zijn gelegen)Het lijkt ons overigens wel ge wenst om - zo tot bouw van de parkeergarage onder het Stadserf wordt besloten na te gaan, in hoeverre die garage voor een beperkt publiek gebruik (bijvoorbeeld in de week-ends) kan wor den opengesteld, bij welk onderzoek dan tevens de dan levende gedachten omtrent de verkeersciroulatie in de binnenstad be trokken dienen te worden. De kcstenraming. Voor het totale, vorenomschreven plan, is een kostenraming op gesteld op basis van het prijspeil eind 1974. Deze leidt tot de navolgende opstelling: gemeentehuis begane grond 1e verdieping zolders slopen opstallen Stadserf complex Catharinastraat nr. 16 nr18 nr. 18a (tuinhuis) nr. 20 nr. 22 nr. 24 nr. 26 nr. 28 (reeds gevoteerd t.b.v. huisvesting der socio grafische dienst) slopen bestaande opstallen 18.000,— 138.000,— 48.000,— f 12.000.— 66.000,— 414.000,— 408.000,— 276.000,— 91.800,— 216.000,— 564.000,— 216.000,— 432.000,- 36.000,—

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 174