bijl. nr. 68
-2-
De gemeente daarentegen stelt zich op het standpunt, dat
- gelet zowel op de ontwikkeling van het werk op zich als op
de totstandkoming van de voorgenomen zuiveringscorporatie in
West-Brabant - hier sprake is van één object, dat als totali
teit op één moment in gebruik genomen wordt en alsdan ook
in zijn geheel moet worden overgedragen, dit tegen de stich-
tingskosten, waarin ook de bouwrente is verwerkt en waarop
niet is afgeschreven.
In concreto betekent dit, dat hot waterschap uitgaat van een
boekwaarde per 1-1-1974 van afgerond 2Q.500.000,en de
gemeente van een boekwaarde van - eveneens afgerond - if*
36.400.000,per 1-1-1 974 een verschil derhalre van ƒ,6.900.000,
ad b: aanvankelijk was het verschil van mening ten aanzien van de
wijze van betaling van de overnamesom gelegen in het feit
dat de gemeente contante betaling verlangde, terwijl het
waterschap de overnamesom als lening wilde schuldig blijven.
In de daarop gevolgde onderhandelingen is van de kant van de
gemeente - om tot een oplossing van althans dit probleem te
geraken - afgestapt van de eis van de contante betaling, doch
toen kon geen overeenstemming worden bereikt omtrent de vast-
stelling van het rentepercentage en de wijze van aflossing van
het leningsbedrag.
«k
Toen bleek, dat de wederzijdse standpunten niet' nader tot elkaar
gebracht konden worden hebben wij - zoals wij dat reeds aan het slot
van de eerder genoemde "mededeling" aangekondigd hebben - ten aanzien
van de juridische en financiële facetten ter zake advies gevraagd
aan het Centraal Adviesbureau voor Publiek Recht en Administratie
te Den Haag. Het advies van dat bureau van 13 augustus 1974 alsmede
het ten aanzien van enkele punten gevraagde nader advies van 7
januari 1975 hebben wij ter inzage gelegd.
Het eerstgenoemde advies was te meer van belang gezien tegen de
achtergrond van de brief van het waterschap van 28 mei 1974, waar
in mede wordt verwezen naar zijn brief van 6 februari 1974 en de
brief van het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant van
17 april 1974.