bijl. nr. 69 -2- VRAAGr (gesteld in de raadsvergadering d.d. 21-10-1974) de heer Veelcnturf het kruispunt Sttensebaar./E 10 is sinds korte tijd voorzien van verkeerslichten, tot grotere veiligheid en gemoedsrust van de omwonenden. Het traject Liesboslaan vanaf het viaduct tot de oude Liesboslaan is verstoken van zelfs de minimale straatverlichting, dit in tegenstelling tot de Ettensebaan en de oude Liesboslaan die baden in een zee van licht. Zou het duistere tussengedeelte kunnen worden voorzien van een deugdelijke verlichting, al was het alleen maar op de ventwegen, waardoor de omwonenden zich een stuk veiliger zouden kunnen voelen? ANTWOORD De Liesboslaan is vanaf de aansluiting met de Ettensebaan een rijksweg. Ons college heeft geen zeggenschap over de verlichting van rijkswegen. Bovendien achten wij het verlichten van bedoeld gedeelte van de Liesboslaan uit verke'ersoogpunt niet noodzakelijk. Het aanbrengen van verlichting op de ventwegen en niet op de hoofdweg is zeer gevaarlijk, omdat het verkeer daardoor misleid zou kunnen worden. Voorts staan langs dit tussengedeelten maar enkele woningen. Gezien het vorenstaande zijn wij niet voornemens aan rijkswater staat te verzoeken om verlichting op de Liesboslaan te plaatsen. VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 16 januari 1975) de heer Eissens: mede namens een aantal ouders en naar aanleiding van een artikel over het sportfondsenbad in De Stem van hedenmorgen zou ik het college de volgende vragen willen stellen: 1. kunnen b. en w. mij mededelen welke verantwoording de gemeente ten aanzien van het sportfondsenbad heeft? Mede afhankelijk van een eventuele verantwoording zou ik verder willen vragen of het college zich ervan kan vergewissen of de gang van zaken in het sportfondsenbad correct is, waarbij ik in het bijzonder denk aan het lesgeven, aan het aantal kinderen per les en aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 271