f
'bijl. nr. 94
-2-
vordt opgezet dat er een controle is èn op de totale boekwaarde
èn op de totale kapitaallasten. De mutaties zullen worden ver
werkt in aan Uw raad aan te bieden begrotingswijzigingen en daar
na in de boekhouding.
Tussen de cijfers per 1 januari 1975 en over 1975 inzake de in
vesteringen tot en met 1975, zoals deze voorkomen in de staat van
activa behorende bij de begroting 1975 en de nieuwe opzet van de
objectenadministratie bestaan verschillen, te weten:
Omschrijving
op
genomen in de
volgens de nieuwe
st
aat van activa
opz
;et
boekwaarde per 1 jan.
1975
34.050.405,
35.676.670,—
kapitaalrente in 1975
2.383.528,—
2.357.371
afschrijving in 1975
1.817.151
1.825.880,—
rente en afschrijving
in 1975
4.200.679.—
4.183.251
Voor een specificatie van de verschillen per onderwijsparagraaf
mogen wij verwijzen naar het ter visie gelegde overzicht.
Deze verschillen worden veroorzaakt door het feit dat andere af
schrijvingstermijnen zijn toegepast. Uit de staat van activa
blijkt dat de stichtingskosten van diverse niet nader omschreven
schoolgebouwen afgeschreven worden in 40 jaar, alsook de aanschaf
fingen van meubilair, leer- en hulpmiddelen behorende tot de eerste
inrichting. In do nieuwe opzet is vanaf het moment van investeren
rekening gehouden met de laatstelijk door U vastgestelde afschrij
vingstermijnen zoals grond in 75 jaar, bouwkosten 40 jaar, meubilair
on stoffering 10 jaar, leer- en hulpmiddelen 5 jaar enz.
Ten einde voor het jaar 1975 en de volgende jaren te kunnen beschik
ken over een volledige objectenadministratie alsmede verbanden te
kunnen leggen tussen de kapitaallasten en de normvergoedingen is het
naar onze mening nodig uit te gaan van de nieuwe opzet van de ob-
jectenadministratie, deze in te brengen in de boekhouding van de ge
meente en jaarlijks de mutaties in de bezetting van het scholenbe
stand te registreren.
Een en ander betekent dat voor het verschil tussen de boekwaarde
per 1 januari 1975 volgens de staat van activa en de nieuwe opzet ad