aan de raad der
gemeente Breda
c
St/48456
26 maart 1975
- Bijlage nr. 1151
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot het beschikbaarstellen
van een krediet voor het uitvoeren
van het plan van wegen en waterlo
pen in het ruilverkavelingsgebied
Princenhage-Noord
Uw raad heeft op 4 december 1965 aan Gedeputeerde Staten van
Noord-Brabant goedkeuring verzocht voor de ruilverkaveling van
gronden in het gebied Princenhage-Noord. Op de voor U ter inzage
gelegde tekening is het betreffende gebied nader aangegeven.
Gedeputeerde Staten hebben bij hun besluit dd. 17 november 1965,
G nr. 45357 aan dit verzoek goedkeuring verleend.
De voornaamste onderdelen van de ruilverkaveling zijn het plan van
wegen en waterlopen en de toedeling van gronden en aangezien de
wegen en waterlopen in beheer en onderhoud zijn bij de gemeente
heeft de gemeente juist bij dat onderdeel het meeste belang.
Omdat met de verbetering van wegen en waterlopen uiteraard en
voornamelijk op de eerste plaats de landbouwbelangen in het be
treffende gebied worden gediend hebben wij over de verdeling van
de daaraan verbonden kosten overleg gepleegd met de Cultuurtechnische
Dienst. Afgesproken werd, dat de gemeente Breda 30?» van de totale
kosten voor haar rekening neemt en dat het restant van de kosten
gedragen wordt door het Rijk i.e. de Cultuurtechnische Dienst,
Medio 1969 werd het aandeel van Breda in de totale kosten van het
toen nog voorlopige plan van wegen en waterlopen geraamd op
624.300,Wij hebben destijds de Cultuurtechnische Dienst toe
gezegd te zullen bevorderen, dat dit bedrag beschikbaar komt.
In het geraamde kostenbedrsg waren niet begrepen de kosten van ver
betering van de Leursebaan. Aangezien die weg voldoet aan de normen,
die in het belang van de landbouw aan wegen gesteld worden, is deze
buiten het ruilverkavelingsverband gehouden met dien verstande, dat
daarvoor de afspraak werd gemaakt, dat het westelijk deel geheel
door en voor rekening van Breda zou worden verbeterd en het oostelijk
deel, waarvoor een geheel nieuw tracé wa3 geprojecteerd, geheel door
en voor rekening van de Cultuurtechninoho Dienst.