aan de raad der
gemeente Breda
St/49739
2-4-1975
bijlage nr. 168
Voorstel van burgemeester en wet
houders inzake de eerste wijziging
van de regeling Stadsgewest Breda.
Het dagelijks bestuur van het Stadsgewest Breda heeft ons bij
brief van 27 maart 1975 een tweetal stukken toegezonden inzake
wijzigingen van de regeling Stadsgewest Breda. In dit voorstel
wordt slechts gesproken over de eerste wijziging. Genoemde brief
hebben wij voor U ter inzage gelegd.
Het voorstel van het Stadsgewest, alsook het ontwerp-besluit met
toelichting wordt U hierbij toegezonden voor zover U het al niet
eerder hebt ontvangen. Het belangrijkste element van de eerste
wijziging van de Stadsgewestregeling wordt gevormd door een ver
sterking van de Bredase delegatie in gewestraad en dagelijks be
stuur.
Het aantal leden aan te wijzen door en uit de gemeenteraad van
elke deelnemende gemeente met een inwonertal van 100.000 of meer
wordt gebracht van 4 op 8. Zie artikel IV van het ontwerp-besluit.
In artikel X van dit ontwerp-besluit wordt bepaald, dat - naast
de voorzitter - 2 leden van het dagelijks bestuur uit Breda af
komstig moeten zijn.
Bovendien wordt bepaald, dat de begroting voortaan slechts kan
worden vastgesteld met een meerderheid van ten minste twee derde
van het aantal stemmen. Zie artikel XVI van het ontwerp-besluit.
Voor het overige zijn de voorgestelde wijzigingen van technische
en redactionele aard, waartegen geen bezwaren bestaan. Uw aandacht
mag nog worden gevestigd op artikel I van het ontwerp-besluit,
waarin'tot uitdrukking wordt gebracht, dat de deelnemende gemeenten
nog steeds één groot gewest West-Brabant voor ogen staat.
Ons ooilege, alsmede de burgemeester hebben op 2 april j.l. be-