gemeente Breda St/3/53470 De raad der gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en het advies van de inspecteur van de volkshuisvesting; overwegende, dat uit een onderzoek is gebleken, dat de woning Prinsenkade 9> kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, no. 781 Ade volgende hoofdgebreken vertoont: - het trasraam in het metselwerk ontbreekt waardoor zowel de binnen- als buitenmuren vocht optrekken; - de gemetselde rookkanalen zijn slecht waardoor zij inpandig roetdoorslag vertonen; - de toetreding van daglicht en lucht is in diverse vertrekken onvoldoende; - do houten ramen, deuren en kozijnen zijn slecht; - de achterkamer no. 5 en de serre op de begane grond zijn totaal vernield; - de vloeren van de 1e verdieping zijn slecht; - het toilet en de keuken op de 1e verdieping zijn vernield; - de houten kapconstructie is slecht - de pannen dakbedekking is slecht; - de zinken hemelwaterafvoeren zijn slecht; - de woning vertoont zodanige gebreken dat zij ongeschikt is ter bewoning en kan niet door het treffen van een economisch ver- t antwoorde voorziening met toepassing van de artikelen 25 en 31 van de woningwet in bewoonbare staat worden gebracht; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 33 der woningwet; bij bijlage nr. 221 heeft besloten:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 816