bij bijl. nr. 209
-2-
van 1000 of moer m? water op het gemeenteriool is geloosd.
Artikel 3.
1. In afwijking van het bepaalde in artikel 2 onder 3 is, indien een
gebouw waarin een bedrijf, dienst of instelling is gevestigd, In
de loop van het belastingjaar in gebruik wordt genomen, het riool
recht verschuldigd voor zoveel twaalfde delen van het op jaarbasis
berekende rioolrecht als er in het belastingjaar nog kalender
maanden overblijven.
2. Hij die in enig jaar ophoudt gebruiker van een gebouw te zijn, is
over dat jaar slechts zoveel twaalfde delen van het op jaarbasis
berekende rioolrecht verschuldigd als er in het belastingjaar
kalendermaarden zijn verstreken, waarbij een gedeelte van een maand
voor een volle maaid wordt gerekend.
Grondslag der belastingen.
Artikel 4
1. Hot rioolrecht, genoemd onder 1 etter A van artikel 1 wordt berekend
naar de belastbare opbrengst, aangewezen in de kadastrale leggers.
Indien de belastbare opbrengst niet in de kadastrale leggers is
aangewezen, wordt zij vanwege en op kosten van de gemeente vast
gesteld.
2. Hst rioolrecht genoemd onder letter B van artikel 1 wordt geheven
naar de hoeveelheid water dat door een bedrijf, dienst of instel
ling is geloosd. f
Voor de vaststelling van de hoeveelheid geloosd water wordt als
maatstaf aangehouden de door een bedrijf, dienst of instelling
van een waterleidingbedrijf in het laatst aangevangen verbruik3-
jaar voorafgaand -aan het belastingjaar ingekochte hoeveelheid water.
Indien in bedoeld verbruilcsjaar niet gedurende een vol verbruiks-
jaar water is afgenomen, wordt de werkelijk afgenomen hoeveelheid
vermenigvuldigd met een breuk, waarvan de teller twaalf bedraagt
en de noemer gelijk is aan het aantal maanden of gedeelten daarvan
waarin het water is afgenomen.