ft
bij bijl. nr. 209
-4-
Bel ast j ngjaar
Artikel 6.
Het belastingjaar begint op 1 januari en eindigt op 31 december.
Wijze var, heffing.
Artikel 7.
De heffing geschiedt bij wijze van aanslag.
Aanslagen minder dan 5,worden niet opgelegd.
Aangifte
Artikel 8.
Het formulier van het aangiftebiljet, voor de belasting, genoemd onder
letter B van artikel 1wordt bij afzonderlijk raadsbesluit vastgesteld.
Verzoek om uitreiking aangiftebiljetten.
Artikel 9.
Een belastingplichtige, welke de voor de berekening van het rioolrecht
in aanmerking te nemen hoeveelheid water niet of niet uitsluitend van
een waterleidingbedrijf heeft afgenomen is verplicht om, voor zover aan
hem niet een aangiftebiljet is uitgereikt, binnen een maand na de aan
vang van het belastingjaar een verzoek om uitreiking van een aangifte
biljet bij de chef van de afdeling financiën en belastingen in te
dienen.
Vrijstellingen.
Artikel 10.
Van deze belastingen zijn vrijgesteld de gebouwen met daarbij behorende
erven, uitsluitend dienende tot openbare eredienst, toebehorend aan
kerkgenootschappen, als bedoeld in de wet van 10 september 1853, stbl.
102, aan een zelfstandig onderdeel van een kerkgenootschap of aan een
rechtspersoonlijkheid bezittend genootschap op geestelijke grondslag,
niet zijnde een kerkgenootschap.