bij bijl. nr. 209
-5-
Teruggave. ontheffing of vermindering.
Artikel 11
Indien gebouwde eigendommen met hun gebouwde aanhorigheden gedurende
twaalf achtereenvolgende maanden onverhuurd en ongebruikt zijn gebleven,
wordt aan hem, die over dat gehele tijdvak daarvoor in het rioolrecht,
genoemd onder letter A van artikel 1 is aangeslagen, de belasting terug
gegeven.
Vallen de in het voorgaande lid bedoelde 12 achtereenvolgende maanden
^in 2 belastingjaren, dan heeft teruggave plaats ten laste van elk dezer
beide jaren naar verhouding van het aantal maanden in ieder jaar vallend
Machtiging tot overdracht der bevoegdheden.
Artikel 12.
Burgepeester en wethouders kunnen één of meer gemeente-ambtenaren aan
wijzen die ,in hun plaats treden met betrekking tot de uitvoering van
enige wettelijke bepaling betreffende de hefffing of de invordering van
deze belastingen.
Delegatie van bevoegdheden tot het verlenen van afschrijving en uitstel
van betaling.
Artikel 13.
Bevoegd tot het verlenen van afschrijving van de belastingen, respec
tievelijk uitstel van betaling, als bedoeld in artikel 17 van de wet
van 22 mei 1845, Stbl, 22, is de chef van de afdeling financiën en be
lastingen ter gemeentesecretarie, respectievelijk het hoofd van de
vfunctie betalingsverkeer.
Nakoming van verplichtingen.
Artikel 14.
De verplichtingen, als bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de
Algemene Wet inzake rijksbelastingen jegens burgemeester en wethouders,
gelden mede jegens de chef van de afdeling financiën en belastingen
ter gemeentesecretarie.
