tan de raad der
gemeente Breda
K/75969
19-7-1976
Bijlage nr. 284
Voorstel van burgemeester en wethouders
tot het toekennen van een aanvullend
subsidie in de restauratiekosten van
het op de definitieve monumentenlijst
geplaatste pand Ridderstraat 25.
Bij besluit van 15 december 1975» bijlage nr. 582, heeft Uw raad
in de restauratiekosten van het op de definitieve monumentenlijst
geplaatste pand Ridderstraat 25 een subsidie toegekend van
41.768,
Door de rijksdienst voor de monumentenzorg ie thans overgegaan
tot definitieve vaststelling van de subsidiabele kosten en het
rijkssubsidie.
Het door Uw raad destijds genomen besluit was gebaseerd op de 85$
regeling waarbij het subsidie van rijk, provincie en gemeente te
zamen 85 bedraagt van de door het rijk als subsidiabel erkende
kosten. Uiteraard dient deze regeling thans wederom te worden toe
gepast.
Het definitieve gemeentesubsidie kan thans als volgt worden bere
kend
85 van de subsidiabele kosten ad 114.860,97.651
rijkssubsidie 50 van 114.860,54.458,
provinciaal subsidie
52 van 54.458,— - 11 .027.— f 45.485i__
Definitief gemeentesubsidie 52.146,
In vérband met het bovenstaande is een aanvullend subsidie nodig
van 10.578,-.
Wij stellen Uw raad thans voor een krediet te voteren van 10,578,-
door vaststelling van de ter visie gelegde begrotingswijziging.
Met de budgettaire consequenties is in de begroting 1976 rekening
gehouden.
Ons college doet dit voorstel overeenkomstig het advies van de
commissie voor culturele zaken.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
van den Dam secretaris.