bij bijl. nr. 321 I Een bestemmingswijziging in de vorm van een buurtpark is, gezien de ligging op een binnenterrein met nauwelijks aansluitingen aan de huidige structuur en daardoor een beperkt gebruik, weinig zinvol. g. Bezwaarschrift G-. Handstede. Reclamant is van oordeel, dat de bestemming tuinderij nog steeds gerealiseerd kan worden, omdat er nog gegadigden zijn om deze grond te kopen en te bewerken. Indien de tuinderij of een andere soortgelijke bestemming niet gehandhaafd blijft, wordt er schade gedaan aan het evenwichtig vef< delen van natuur en woningbouw. Het doorgaan van particuliere plannen zullen het leefklimaat van een belangrijk aantal mensen verslechteren. Er is geen aanleiding het belang van een bouwonder neming te stellen boven het economisch belang van een tuinder. Zoals bij het onder 1 genoemde bezwaarschrift reeds vermeld, ver dient naar onze mening uit een oogpunt van leefklimaat een woning bestemming de voorkeur boven de bestemming kwekerij. Voorts moge- met betrekking tot het gestelde inzake handhaving van de tuinderij of een andere soortgelijke bestemming - ook ver wezen worden naar het bij dat bezwaarschrift opgemerkte. 3. Bezwaarschrift P. van der Meulen Reclamant bestrijdt de argumenten, dat het binnenterrein als tulnbouwgrond niet meer te bewerken zou zijn. Voorst wijst hij er op, dat het binnenterrein met do aangrenzende tuinen een uniek stukje natuur in het hart van de wijk vormt en dat het vogelbestand door bebouwing van het terrein met huizen op een rampzalige wijze van een rust- cn wijkplaats wordt beroofd. Reclamant betwijfelt sterk de behoefte aan koopwoningen, zoals in hot plan voorzien, gezien de in Breda reeds aanwezige voorraad leegstaande woningen uit die prijsklasse. Tot 3lot wordt gewezen op de waardevermindering van de omliggende panden door realisering van de bebouwing. Voor wat betreft de continuering van de huidige bestemming verwij zen wij nanr bot gestelde in hot advies van de stedebouwkundige

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1437