Indien het tegendeel wordt beweerd, is het niet verwonderlijk,
dat men conclusies van hen die een andere mening zijn toege
daan als onjuiste informatie kwalificeert, hoewel niet nood
zakelijk.
Waar in het bovenstaande uitvoeriger, is aangetoond, dat van
lastenverzwaring voor de huurder geen sprake is, moet het ver
wijt onjuiste informatie verstrekt te hebben als ten onrechte
beschouwd worden.
Conclusie
1op grond van de in het voorgaande aangedragen argumenten
moet geconcludeerd worden, dat het nieuwe huurreglement
noch de toepassing van de "onaerhoudslijst" op bestaande
overeenkomsten leiden tot lastenverzwaring voor de huurders.
De eerder gedane uitspraken ter zake blijven derhalve over
eind, zodat van onjuiste informatie aan de raad geen sprake
kan zijn.
Thans zal worden ingegaan op een tweetal bezwaren van meer
juridiscli-technische aard.
1, Aangevoerd is, dat de art. 6 en 25 van het nieuwe huurreg
lement strijdig zouden zijn met de wet (met name met de art.
1623a-f 3.W.en dus nietig.
Genoemde artikelen 6 en 25 hebben betrekking op het eindigen
van de huurovereenkomst anders dan door onzegaring.
De artikelen 1623a-f B.W. hebben betrekking op het eindigen
van de huurovereenkomst middels onzegp-ing.
Het moge duidelijk zijn, dat tussen het een en ander geen
verband bestaat.
Ter nadere toelichting zij nog vermeld, dat in de artikelen
1623a-f B.W. de opzegtermijnen worden geregeld, die bij op
zegging dwingend rechterlijk in acht genomen moeten worden,
zulks op straffe van nietigheid van de opzegging.