bijl. nr. 1
(1e vervolg)
-2-
op zeer korte termijn te antwoorden, waarbij wij in het bijzonder
aan de bemiddeling denken. Voorts zouden wij het college dringend
willen uitnodigen de mogelijkheden tot toepassing van artikel 56
van de woningwet voor de gemeente Breda te bestuderen en ons
vóór de raadsvergadering van december te dien aanzien een voor
stel te doen.
ANTWOORD
In antwoord op de door U in de raadsvergadering van 16 oktober
1975 gestelde vragen betreffende de voorgenomen sloop van een
aantal panden aan de Oude Vest, delen wij U het volgende mede.
Ons college is middels wethouder J.P.A. van Dun tussen partijen be
middelend opgetreden. Het resultaat hiervan is geweest, dat
er een basis voor verder gesprek tussen partijen is ontstaan en
dat opnieuw een onderzoek zal worden ingesteld naar kwaliteit van
de woningen en de mogelijkheden van renoveren. De vraag of e.e.a.
zal leiden tot het definitief handhaven van de betrokken, onbe
woonbaar' verklaarde woningen, is nog volledig open.
De mogelijkheid om te komen tot aanwijzing van de binnenstad van
Breda in het kader van artikel 56 van de woningwet, wordt intern
bestudeerd.
VRAAG (gesteld in de raadsvergadering d.d. 16-10-1975)
de heer Beokers. 1
Op een serie vragen die door een tweetal leden van onze fracties
op 4 augustus zijn gesteld over het familiepark Joan Haanappel
zijn twee maanden later de antwoorden binnengekomen en wij vragen
ons dan ook af waarom de beantwoording, die vrij globaal en vrij
algemeen is, zo lang achterwege is gebleven. Onder verwijzing naar
de bestaande afspraken over informatieverstrekking aan de raad zouden
wij het college willen verzoeken de onderhavige vragen alsnog
puntsgewijs en exact te beantwoorden. Ik zou de vragen daarom
opnieuw bij b. en w. willen indienen.