aan de raad der
gemeente Breda
m
baan.
St/66206
6-10-1976
Bijlage nr. 360
Voorstel van burgemeester en wet
houders tot het ongegrond ver
klaren van het beroep van H.P.M.
Floren, Sintelweg 54» tegen
het besluit tot weigering van
een vergunning voor het bouwen
van een woning met bedrijfsruim
te op perceel Sintelweg 28.
is;
skening
Bij brief van 19 januari 1976*) heeft de heer H.P.M. Ploren,
wonende Sintelweg 54, bij Uw raad beroep ingesteld tegen het
besluit van ons college van 24 september 1975» nr. St/42732*),
afgehaald op 12 januari 1976, tot weigering van een vergunning
voor het stichten van een agrarisch bedrijf op perceel Sintel
weg 28, kadastraal bekend gemeente Princenhage, sectie L,
nr. 416.
Be vergunning is geweigerd, omdat ingevolge het bestemmingsplan
Plan in Hoofdzaak (bouwaanvrage diende aan de voorschriften be->
horende bij dit bestemmingsplan te worden getoetst) het betref
fende perceel de bestemming landelijk Gebied I heeft, waarop
onder een aantal voorwaarden alleen is toegestaan de bouw van
woningen en andere gebouwen, uitsluitend ten behoeve van een
agrarisch bedrijf.
Uit de door en namens de heer Ploren verstrekte informatie en de
verkregen adviezen van de adviescommissie agrarische bouwaanvragen
bestaat onzerzijds de overtuiging, dat het bouwplan primair be
treft de bouw van een woning met ontplooiing van agrarische acti
viteiten van geringe omvang.
Naar onze mening kan er dan ook beslist geen sprake zijn van een
bouwplan, uitsluitend ten behoeve van een agrarisch bedrijf.
Het bouwplan is derhalve in strijd met het bestemmingsplan Plan
in Hoofdzaak.
Het bouwplan zou ook in strijd zijn met het bestemmingsplan Lande
lijk Gebied 1973» indien het hieraan getoetst zou zij.
Appellant heeft zich binnen de termijn genoemd in artikel 51 van
de Woningwet met een beroepschrift tot Uw raad gewend en is der-